Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
-
vuil:
- malpropre; bourbeux; terreux; bourbeuse; sale; dégoûté; dégueulasse; dégoûtant; crasseux; salement; défraîchi; malproprement; mal débarbouillé; cochon; débraillé; comme une salope; gris; terne; douteux; grisâtre; déguenillé; blême
- saleté; ordure; cochonnerie; saloperie; malpropreté; obscénité; négligence; répugnance; crasse
- Wiktionary:
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor vuilste (Nederlands) in het Frans
vuilste vorm van vuil:
-
vuil (kliederig; knoeierig; morsig)
-
vuil (met vuil bemorst; smerig; vies; morsig)
sale; dégoûté; dégueulasse; dégoûtant; malpropre; crasseux; salement; défraîchi; malproprement; mal débarbouillé-
sale bijvoeglijk naamwoord
-
dégoûté bijvoeglijk naamwoord
-
dégueulasse bijvoeglijk naamwoord
-
dégoûtant bijvoeglijk naamwoord
-
malpropre bijvoeglijk naamwoord
-
crasseux bijvoeglijk naamwoord
-
salement bijvoeglijk naamwoord
-
défraîchi bijvoeglijk naamwoord
-
malproprement bijvoeglijk naamwoord
-
mal débarbouillé bijvoeglijk naamwoord
-
-
vuil (morsig; slordig; viezig; smerig; voddig; vies; ranzig; vunzig; slonzig)
cochon; dégueulasse; malpropre; sale; débraillé; comme une salope; mal débarbouillé; gris; terne; douteux; grisâtre; salement; déguenillé; dégoûtant; blême; dégoûté; crasseux; malproprement; défraîchi-
cochon bijvoeglijk naamwoord
-
dégueulasse bijvoeglijk naamwoord
-
malpropre bijvoeglijk naamwoord
-
sale bijvoeglijk naamwoord
-
débraillé bijvoeglijk naamwoord
-
comme une salope bijvoeglijk naamwoord
-
mal débarbouillé bijvoeglijk naamwoord
-
gris bijvoeglijk naamwoord
-
terne bijvoeglijk naamwoord
-
douteux bijvoeglijk naamwoord
-
grisâtre bijvoeglijk naamwoord
-
salement bijvoeglijk naamwoord
-
déguenillé bijvoeglijk naamwoord
-
dégoûtant bijvoeglijk naamwoord
-
blême bijvoeglijk naamwoord
-
dégoûté bijvoeglijk naamwoord
-
crasseux bijvoeglijk naamwoord
-
malproprement bijvoeglijk naamwoord
-
défraîchi bijvoeglijk naamwoord
-
-
het vuil (viezigheid; slonzigheid; viespeukerij; smerigheid; vuiligheid; smeerlapperij; drab; vuilheid; zwijnenboel; morsigheid)
la saleté; l'ordure; la cochonnerie; la saloperie; la malpropreté; l'obscénité; la négligence; la répugnance -
het vuil (smerigheid; viezigheid; vuiligheid; viesheid; vuilheid)
Vertaal Matrix voor vuil:
Verwante woorden van "vuil":
Synoniemen voor "vuil":
Antoniemen van "vuil":
Verwante definities voor "vuil":
Wiktionary: vuil
vuil
vuil
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• vuil | → sale | ↔ dirty — covered with or containing dirt |
• vuil | → cochon | ↔ dirty — morally unclean, obscene or indecent |
• vuil | → sale | ↔ dirty — dishonourable, violating standards or rules |
• vuil | → sale | ↔ dirty — illegal, improper |
• vuil | → sale | ↔ dirty — of color: discolored by impurities |
• vuil | → crasseux | ↔ filthy — covered with filth; very dirty |
• vuil | → ordures; déchet | ↔ garbage — waste material |
• vuil | → crasseux | ↔ grubby — dirty |
• vuil | → détritus | ↔ litter — discarded items |
• vuil | → sale | ↔ slovenly — unwashed, dirty, disorderly |
• vuil | → déchet | ↔ trash — things to be discarded |
• vuil | → ordures; déchets | ↔ waste — useless products, garbage |
• vuil | → boue; crotte; saleté; saloperie | ↔ Dreck — Schmutz, unerwünschte Substanz |