Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. voorbijstreven:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor voorbijstreven (Nederlands) in het Frans

voorbijstreven:

voorbijstreven werkwoord (streef voorbij, streeft voorbij, streefde voorbij, streefden voorbij, voorbij gestreefd)

  1. voorbijstreven (overtreffen)
    dépasser; surpasser; dévancer; surenchérir; l'emporter sur
    • dépasser werkwoord (dépasse, dépasses, dépassons, dépassez, )
    • surpasser werkwoord (surpasse, surpasses, surpassons, surpassez, )
    • dévancer werkwoord
    • surenchérir werkwoord (surenchéris, surenchérit, surenchérissons, surenchérissez, )
    • l'emporter sur werkwoord

Conjugations for voorbijstreven:

o.t.t.
  1. streef voorbij
  2. streeft voorbij
  3. streeft voorbij
  4. streven voorbij
  5. streven voorbij
  6. streven voorbij
o.v.t.
  1. streefde voorbij
  2. streefde voorbij
  3. streefde voorbij
  4. streefden voorbij
  5. streefden voorbij
  6. streefden voorbij
v.t.t.
  1. heb voorbij gestreefd
  2. hebt voorbij gestreefd
  3. heeft voorbij gestreefd
  4. hebben voorbij gestreefd
  5. hebben voorbij gestreefd
  6. hebben voorbij gestreefd
v.v.t.
  1. had voorbij gestreefd
  2. had voorbij gestreefd
  3. had voorbij gestreefd
  4. hadden voorbij gestreefd
  5. hadden voorbij gestreefd
  6. hadden voorbij gestreefd
o.t.t.t.
  1. zal voorbijstreven
  2. zult voorbijstreven
  3. zal voorbijstreven
  4. zullen voorbijstreven
  5. zullen voorbijstreven
  6. zullen voorbijstreven
o.v.t.t.
  1. zou voorbijstreven
  2. zou voorbijstreven
  3. zou voorbijstreven
  4. zouden voorbijstreven
  5. zouden voorbijstreven
  6. zouden voorbijstreven
diversen
  1. streef voorbij!
  2. streeft voorbij!
  3. voorbij gestreefd
  4. voorbijstrevend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

voorbijstreven [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. voorbijstreven
    le dépassement

Vertaal Matrix voor voorbijstreven:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dépassement voorbijstreven grensoverschrijding
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dépasser overtreffen; voorbijstreven inhalen; ontgroeien; overbieden; overstijgen; overtreffen; passeren; uitrijzen; uittorenen; voorbijgaan; voorbijrijden
dévancer overtreffen; voorbijstreven overtreffen
l'emporter sur overtreffen; voorbijstreven de overhand hebben; domineren; overbieden; overheersen; overtreffen
surenchérir overtreffen; voorbijstreven hoger bieden; opbieden; overbieden
surpasser overtreffen; voorbijstreven boven staan; overbieden; overstijgen; overtreffen; overvleugelen; uitrijzen; uittorenen; verderreiken