Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. viezigheden:
  2. viezigheid:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor viezigheden (Nederlands) in het Frans

viezigheden:

viezigheden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de viezigheden
    la saletés

Vertaal Matrix voor viezigheden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
saletés viezigheden broddelwerk; gedonderjaag; geflikflooi; geklodder; geravot; gerotzooi; gestoei; kladwerk; knoeiwerk; knutselwerk; prutswerk; stoeierij; stoeipartij

Verwante woorden van "viezigheden":


viezigheid:

viezigheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de viezigheid (smerigheid; vuil; vuiligheid; viesheid; vuilheid)
    la crasse; la malpropreté
  2. de viezigheid (viespeukerij; smeerlapperij)
    l'ordure; la saleté; la cochonnerie; la saloperie; la répugnance; l'obscénité
  3. de viezigheid (slonzigheid; viespeukerij; vuil; )
    la saleté; l'ordure; la cochonnerie; la saloperie; la malpropreté; l'obscénité; la négligence; la répugnance

Vertaal Matrix voor viezigheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
cochonnerie drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel bocht; kliederboel; knoeierij; rotzooi; smerig spul; troep; zwijnerij
crasse smerigheid; viesheid; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid doortraptheid; gewiekstheid; gladheid; goorheid; groezeligheid; listigheid; sluwheid; smeerboel; snoodheid; vervuiling; vuilheid
malpropreté drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viesheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel goorheid; groezeligheid; onzindelijkheid; schurftigheid; vervuiling; vuilheid
négligence drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel achteloosheid; nalatigheid; nonchalance; onachtzaamheid; slordigheid; verzaking; verzuim; wanordelijkheid
obscénité drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel
ordure drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel smeerlap; viezerik; zwijn
répugnance drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel afkeer; afstotelijkheid; antipathie; aversie; hekel; tegenzin; weerzin
saleté drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel bocht; goorheid; groezeligheid; obsceniteit; onzindelijkheid; rotzooi; schuinheid; smeerboel; smerig spul; troep; vervuiling; vuilbekkerij; vuile taal; vuilheid; vuiligheid
saloperie drab; morsigheid; slonzigheid; smeerlapperij; smerigheid; viespeukerij; viezigheid; vuil; vuilheid; vuiligheid; zwijnenboel

Verwante woorden van "viezigheid":


Wiktionary: viezigheid


Cross Translation:
FromToVia
viezigheid ordure; dechet grime — Dirt that is ingrained and difficult to remove