Nederlands
Uitgebreide vertaling voor verscheidene (Nederlands) in het Frans
verscheidene:
-
verscheidene (meerdere; verschillende; ettelijke)
-
verscheidene (menige; veelvoudig; menigerlei; velerlei)
-
verscheidene (gevariëerde; verschillende)
différents; variés; divers; bien des-
différents bijvoeglijk naamwoord
-
variés bijvoeglijk naamwoord
-
divers bijvoeglijk naamwoord
-
bien des bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor verscheidene:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
divers | diversen | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bien des | gevariëerde; menige; menigerlei; veelvoudig; velerlei; verscheidene; verschillende | menig |
différents | gevariëerde; verscheidene; verschillende | ettelijk; verscheiden |
divers | gevariëerde; verscheidene; verschillende | afwijkend; anders; anderszins; divers; ettelijk; onderscheiden; ongelijksoortig; uiteenlopend; uiteenlopende; veelsoortig; verscheiden; verschillend |
plus d'un | menige; menigerlei; veelvoudig; velerlei; verscheidene | menig |
plusieurs | ettelijke; meerdere; menige; menigerlei; veelvoudig; velerlei; verscheidene; verschillende | ettelijk; verscheiden |
variés | gevariëerde; verscheidene; verschillende |
Verwante woorden van "verscheidene":
Synoniemen voor "verscheidene":
Verwante definities voor "verscheidene":
Wiktionary: verscheidene
verscheidene
verscheidene
-
Un certain nombre, un nombre indéfini supérieur à un et le plus souvent à deux.
verscheidene vorm van verscheiden:
-
verscheiden (ettelijk)
plusieurs; divers; différents-
plusieurs bijvoeglijk naamwoord
-
divers bijvoeglijk naamwoord
-
différents bijvoeglijk naamwoord
-
-
het verscheiden (overlijden; dood)
-
verscheiden (overlijden; sterven; doodgaan; heengaan; inslapen; ontslapen)
mourir; décéder; crever; trépasser; s'endormir; rendre l'âme-
mourir werkwoord (meurs, meurt, mourons, mourez, meurent, mourais, mourait, mourions, mouriez, mouraient, mourus, mourut, mourûmes, mourûtes, moururent, mourrai, mourras, mourra, mourrons, mourrez, mourront)
-
décéder werkwoord (décède, décèdes, décédons, décédez, décèdent, décédais, décédait, décédions, décédiez, décédaient, décédai, décédas, décéda, décédâmes, décédâtes, décédèrent, décéderai, décéderas, décédera, décéderons, décéderez, décéderont)
-
crever werkwoord (crève, crèves, crevons, crevez, crèvent, crevais, crevait, crevions, creviez, crevaient, crevai, crevas, creva, crevâmes, crevâtes, crevèrent, creverai, creveras, crevera, creverons, creverez, creveront)
-
trépasser werkwoord (trépasse, trépasses, trépassons, trépassez, trépassent, trépassais, trépassait, trépassions, trépassiez, trépassaient, trépassai, trépassas, trépassa, trépassâmes, trépassâtes, trépassèrent, trépasserai, trépasseras, trépassera, trépasserons, trépasserez, trépasseront)
-
s'endormir werkwoord
-
rendre l'âme werkwoord
-
Conjugations for verscheiden:
o.t.t.
- verscheid
- verscheidt
- verscheidt
- verscheiden
- verscheiden
- verscheiden
o.v.t.
- verscheidde
- verscheidde
- verscheidde
- verscheidden
- verscheidden
- verscheidden
v.t.t.
- ben verscheiden
- bent verscheiden
- is verscheiden
- zijn verscheiden
- zijn verscheiden
- zijn verscheiden
v.v.t.
- was verscheiden
- was verscheiden
- was verscheiden
- waren verscheiden
- waren verscheiden
- waren verscheiden
o.t.t.t.
- zal verscheiden
- zult verscheiden
- zal verscheiden
- zullen verscheiden
- zullen verscheiden
- zullen verscheiden
o.v.t.t.
- zou verscheiden
- zou verscheiden
- zou verscheiden
- zouden verscheiden
- zouden verscheiden
- zouden verscheiden
diversen
- verscheid!
- verscheidt!
- verscheiden
- verscheidend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze