Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. verminkte:
  2. verminken:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor verminkte (Nederlands) in het Frans

verminkte:

verminkte bijvoeglijk naamwoord

  1. verminkte (verminkt)
    mutilé; défiguré

verminkte [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de verminkte
    le mutilé; l'estropié

Vertaal Matrix voor verminkte:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
estropié verminkte
mutilé verminkte
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
défiguré verminkt; verminkte gehavend; geschonden; kreupel; lam; mank; ontsierd
estropié koeterwaals
mutilé verminkt; verminkte kreupel; lam; mank; mismaakt; misvormd

verminkte vorm van verminken:

verminken werkwoord (vermink, verminkt, verminkte, verminkten, verminkt)

  1. verminken (misvormen; mismaken)
    mutiler; défigurer; déformer
    • mutiler werkwoord (mutile, mutiles, mutilons, mutilez, )
    • défigurer werkwoord (défigure, défigures, défigurons, défigurez, )
    • déformer werkwoord (déforme, déformes, déformons, déformez, )

Conjugations for verminken:

o.t.t.
  1. vermink
  2. verminkt
  3. verminkt
  4. verminken
  5. verminken
  6. verminken
o.v.t.
  1. verminkte
  2. verminkte
  3. verminkte
  4. verminkten
  5. verminkten
  6. verminkten
v.t.t.
  1. heb verminkt
  2. hebt verminkt
  3. heeft verminkt
  4. hebben verminkt
  5. hebben verminkt
  6. hebben verminkt
v.v.t.
  1. had verminkt
  2. had verminkt
  3. had verminkt
  4. hadden verminkt
  5. hadden verminkt
  6. hadden verminkt
o.t.t.t.
  1. zal verminken
  2. zult verminken
  3. zal verminken
  4. zullen verminken
  5. zullen verminken
  6. zullen verminken
o.v.t.t.
  1. zou verminken
  2. zou verminken
  3. zou verminken
  4. zouden verminken
  5. zouden verminken
  6. zouden verminken
diversen
  1. vermink!
  2. verminkt!
  3. verminkt
  4. verminkend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor verminken:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
défigurer mismaken; misvormen; verminken bederven; een andere vorm geven; in elkaar slaan; stukmaken; toetakelen; verbroddelen; verhaspelen; verklungelen; verknallen; verknoeien; verpesten; vervormen; verzieken
déformer mismaken; misvormen; verminken een andere vorm geven; omvormen; reorganiseren; verdraaien; vertekenen; vervormen; woorden verdraaien
mutiler mismaken; misvormen; verminken bederven; stukmaken; verbroddelen; verklungelen; verknallen; verknoeien; verpesten; verzieken

Wiktionary: verminken

verminken
verb
  1. priver de l’usage d’un membre, soit par une blessure, soit par quelque coup, soit par une maladie. cf|estropié
  2. retrancher un membre ou quelque autre partie extérieure du corps.

Cross Translation:
FromToVia
verminken mutiler mutilate — To physically harm as to impair use

Computer vertaling door derden: