Nederlands
Uitgebreide vertaling voor verjagen (Nederlands) in het Frans
verjagen:
-
verjagen (uitbannen; verbannen; verdrijven; bannen; uitzetten; uitstoten; uitwijzen; bezweren; wegjagen)
bannir; chasser; exiler; mettre au ban; expulser; exorciser-
bannir werkwoord (bannis, bannit, bannissons, bannissez, bannissent, bannissais, bannissait, bannissions, bannissiez, bannissaient, bannîmes, bannîtes, bannirent, bannirai, banniras, bannira, bannirons, bannirez, banniront)
-
chasser werkwoord (chasse, chasses, chassons, chassez, chassent, chassais, chassait, chassions, chassiez, chassaient, chassai, chassas, chassa, chassâmes, chassâtes, chassèrent, chasserai, chasseras, chassera, chasserons, chasserez, chasseront)
-
exiler werkwoord (exile, exiles, exilons, exilez, exilent, exilais, exilait, exilions, exiliez, exilaient, exilai, exilas, exila, exilâmes, exilâtes, exilèrent, exilerai, exileras, exilera, exilerons, exilerez, exileront)
-
mettre au ban werkwoord
-
expulser werkwoord (expulse, expulses, expulsons, expulsez, expulsent, expulsais, expulsait, expulsions, expulsiez, expulsaient, expulsai, expulsas, expulsa, expulsâmes, expulsâtes, expulsèrent, expulserai, expulseras, expulsera, expulserons, expulserez, expulseront)
-
exorciser werkwoord (exorcise, exorcises, exorcisons, exorcisez, exorcisent, exorcisais, exorcisait, exorcisions, exorcisiez, exorcisaient, exorcisai, exorcisas, exorcisa, exorcisâmes, exorcisâtes, exorcisèrent, exorciserai, exorciseras, exorcisera, exorciserons, exorciserez, exorciseront)
-
-
verjagen (wegdrijven; verdrijven; wegjagen)
chasser de-
chasser de werkwoord
-
Conjugations for verjagen:
o.t.t.
- verjaag
- verjaagt
- verjaagt
- verjagen
- verjagen
- verjagen
o.v.t.
- verjaagde
- verjaagde
- verjaagde
- verjaagden
- verjaagden
- verjaagden
v.t.t.
- heb verjaagd
- hebt verjaagd
- heeft verjaagd
- hebben verjaagd
- hebben verjaagd
- hebben verjaagd
v.v.t.
- had verjaagd
- had verjaagd
- had verjaagd
- hadden verjaagd
- hadden verjaagd
- hadden verjaagd
o.t.t.t.
- zal verjagen
- zult verjagen
- zal verjagen
- zullen verjagen
- zullen verjagen
- zullen verjagen
o.v.t.t.
- zou verjagen
- zou verjagen
- zou verjagen
- zouden verjagen
- zouden verjagen
- zouden verjagen
diversen
- verjaag!
- verjaagt!
- verjaagd
- verjagend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
verjagen (afschrikken; wegjagen)
Vertaal Matrix voor verjagen:
Wiktionary: verjagen
verjagen
Cross Translation:
verb
-
envoyer de nouveau.
- renvoyer → aanhouden; afdanken; afmonsteren; doorsturen; doorzenden; heruitzenden; ontslaan; ontzetten; refereren; reflecteren; retourneren; royeren; spiegelen; terugbezorgen; teruggooien; terugkaatsen; terugsturen; terugwerpen; terugwijzen; uitdrijven; uitstellen; verdagen; verdrijven; verjagen; verschuiven; verwijzen; weerkaatsen; weerspiegelen; wegdrijven; wegjagen
-
Pousser en arrière, rejeter ; faire reculer quelqu’un, écarter de soi quelque chose.
- repousser → afslaan; afwijzen; verwerpen; weigeren; wraken; nee zeggen tegen; afkeuren; terugwijzen; vertikken; retourneren; terugbezorgen; terugsturen; heruitzenden; het oneens zijn; afstoten; verdringen; verduwen; wegdringen; wegduwen; wegstoten; uitdrijven; verdrijven; verjagen; wegdrijven; wegjagen
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• verjagen | → dissiper; chasser | ↔ dispel — to drive away by scattering |
• verjagen | → chasser; déloger | ↔ drive off — force to leave or go away |
• verjagen | → évincer; expulser | ↔ evict — to expel |
• verjagen | → expulser | ↔ expel — to eject |
• verjagen | → rebuter; repousser | ↔ repel — to put off |