Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. uithoudingsvermogen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor uithoudingsvermogen (Nederlands) in het Frans

uithoudingsvermogen:

uithoudingsvermogen [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het uithoudingsvermogen (taaiheid)
    l'endurance; la ténacité; la résistance

Vertaal Matrix voor uithoudingsvermogen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
endurance taaiheid; uithoudingsvermogen incasseringsvermogen; veerkracht; weerstand; weerstandsvermogen
résistance taaiheid; uithoudingsvermogen afweer; afweren; bedenking; bestand zijn; bestendigheid; bezwaar; illegaliteit; incasseringsvermogen; ondergronds verzet; onwettigheid; opstand; rebellie; sabotage; tegendruk; tegengewicht; tegenstand; tegenwerking; tegenwicht; veerkracht; verdedigen; verweren; verzet; verzetsbeweging; weerstand; weerstandsvermogen; weren
ténacité taaiheid; uithoudingsvermogen aanhouden; beslistheid; doorzettingsvermogen; hechtheid; soliditeit; standvastigheid; stevigheid; taaiheid; trekvastheid; uithouding; vastberadenheid; vastheid; vasthoudendheid; volhardendheid; volharding

Wiktionary: uithoudingsvermogen

uithoudingsvermogen
noun
  1. het vermogen van iemand om zich voor een lange tijd in te spannen of pijn te verdragen
uithoudingsvermogen
Cross Translation:
FromToVia
uithoudingsvermogen endurance endurance — the measure of a person's stamina or persistence
uithoudingsvermogen nerf nerve — stamina
uithoudingsvermogen endurance Ausdauer — Fähigkeit, etwas über längere Zeit unnachgiebig, beständig durchzuhalten