Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. trefwoorden:
  2. trefwoord:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor trefwoorden (Nederlands) in het Frans

trefwoorden:

trefwoorden [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de trefwoorden (steekwoorden)
    le mots clef

Vertaal Matrix voor trefwoorden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mots clef steekwoorden; trefwoorden

Verwante woorden van "trefwoorden":


trefwoorden vorm van trefwoord:

trefwoord [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het trefwoord
    le mot clé

Vertaal Matrix voor trefwoord:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mot clé trefwoord hoofdwoord; lemma; sleutelwoord

Verwante woorden van "trefwoord":


Wiktionary: trefwoord

trefwoord
noun
  1. een titelwoord van een stuk tekst in een catalogus, woordenboek of encyclopedie

Cross Translation:
FromToVia
trefwoord rubrique; article entry — article in a dictionary or encyclopedia