Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
circonstance
|
conditie; staat; toestand
|
land; natie; rijk; staat
|
condition
|
conditie; gesteldheid; positie; staat; toestand
|
artikel; beding; bepaling; beperking; clausule; conditie; criterium; eis; kriterium; land; must; natie; restrictie; rijk; staat; vereiste; voorbehoud; voorwaarde; zinsnede
|
disposition
|
conditie; staat; toestand
|
aanvoelen; beschikbaarheid; beschikking; bui; compromis; confessie; feeling; geloof; geloofsovertuiging; gemoedsaard; gemoedsgesteldheid; gemoedsstemming; gemoedstoestand; geneigdheid; gevoel; gezindheid; gezindte; hang; humeur; inborst; inclinatie; indeling; neiging; stemming; temperament; vergelijk
|
ennuis
|
conditie; staat; toestand
|
ellende; gedram; gelazer; getob; gezanik; gezeur; malheur; moeilijkheden; narigheden; narigheid; ongeluk; ongemakken; ongerieven; onheil; onspoed; pech; problemen; ramp; rampspoed; rompslomp; sores; tegenslag; tegenspoed; terugslagen; trammelant; veel gedoe; zorgen
|
position
|
gesteldheid; positie; staat; toestand
|
aanname; ambt; baan; betrekking; bewering; denkbeeld; dienstbetrekking; functie; gelid; gezichtspunt; hiërarchie; houding; idee; interpretatie; inzicht; job; lezing; ligging; locatie; mening; oordeel; opinie; opvatting; plaatsbepaling; positie; rang; rangorde; rechtspositie; standpunt; standpuntbepaling; stelling; stellingname; thema; these; thesis; visie; volgorde; werk; werkkring; werkplek; zienswijze
|
prise de position
|
gesteldheid; positie; staat; toestand
|
aanname; bewering; denkbeeld; gezichtspunt; houding; idee; interpretatie; inzicht; lezing; mening; oordeel; opinie; opvatting; positie; standpunt; standpuntbepaling; stelling; stellingname; thema; these; thesis; visie; zienswijze
|
situation
|
conditie; gesteldheid; omstandigheden; omstandigheid; positie; situatie; staat; toestand
|
baan; dienstbetrekking; functie; job; land; ligging; locatie; natie; plaatsbepaling; positie; rijk; staat; stand van zaken
|
tintouin
|
heisa; toestand
|
drukte; gedoe; gedonderjaag; geravot; gestoei; omhaal; stoeierij; stoeipartij
|
tracas
|
conditie; staat; toestand
|
beslommering; drukte; gepeins; gepieker; geprakkizeer; heisa; krakeel; rompslomp
|
état
|
conditie; gesteldheid; positie; staat; toestand
|
aanzien; achtbaarheid; land; natie; prestige; rijk; staat; status
|
-
|
staat
|
|