Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. teruggang:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor teruggang (Nederlands) in het Frans

teruggang:

teruggang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de teruggang (terugloop; vermindering; afname; daling)
    la diminution; la baisse; le recul
    • diminution [la ~] zelfstandig naamwoord
    • baisse [la ~] zelfstandig naamwoord
    • recul [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor teruggang:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
baisse afname; daling; teruggang; terugloop; vermindering achteruitgang; afname; daling; koersdaling; koersverlaging; minder worden; slapte; terugloop; val; verval; weekte
diminution afname; daling; teruggang; terugloop; vermindering achteruitgang; afname; afname voorraad; afnames; afwaarderingscorrectie; beknotting; daling; deflatie; inkrimping; inperking; kleiner maken; korten; korting; krimpen; minder worden; minderen; ontering; prijsdaling; prijsverlaging; prijsvermindering; reduceren; reductie; salarisvermindering; terugloop; val; verkleining; verlaging; vermindering; verval; vervallingen
recul afname; daling; teruggang; terugloop; vermindering

Wiktionary: teruggang


Cross Translation:
FromToVia
teruggang régression regression — an action of regressing, a return to a previous state

Computer vertaling door derden: