Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. tering:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor tering (Nederlands) in het Frans

tering:

tering bijvoeglijk naamwoord

  1. tering (verdomme)
    putain; merde
    • putain bijvoeglijk naamwoord
    • merde bijvoeglijk naamwoord

tering [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de tering (tuberculose; longtering)
    la tuberculose

Vertaal Matrix voor tering:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
merde beer; drek; drol; excrementen; fecaliën; feces; hoop; kak; keutel; poep; prut; schijt; smurrie; stront; stuk poep; uitscheiding; uitwerpsel; uitwerpselen
putain hoer; hoertje; prostituee
tuberculose longtering; tering; tuberculose
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
merde tering; verdomme verdikkeme; verdomd
putain tering; verdomme verdikkeme; verdomd

Wiktionary: tering

tering
noun
  1. médecine|nocat=1 désuet|fr consomption causer par la tuberculose.

Verwante vertalingen van tering