Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Frans ->Vertaal summier

Vertaal summier van Nederlands naar Frans

Overzicht

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

summier:
- minimal; succinct; bref; sommaire; brièvement; concis; succinctement; au minimum; minime; court
Wiktionary:
- summier → concis
- summier → sommairement

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor summier (Nederlands) in het Frans

summier:

summier bijvoeglijk naamwoord

summier (minimaal)
minimal; succinct; bref; sommaire; brièvement
- minimal bijvoeglijk naamwoord
- succinct bijvoeglijk naamwoord
- bref bijvoeglijk naamwoord
- sommaire bijvoeglijk naamwoord
- brièvement bijvoeglijk naamwoord
summier (bondig)
sommaire; concis; bref; succinctement; brièvement; succinct; au minimum; minime; minimal
- sommaire bijvoeglijk naamwoord
- concis bijvoeglijk naamwoord
- bref bijvoeglijk naamwoord
- succinctement bijvoeglijk naamwoord
- brièvement bijvoeglijk naamwoord
- succinct bijvoeglijk naamwoord
- au minimum bijvoeglijk naamwoord
- minime bijvoeglijk naamwoord
- minimal bijvoeglijk naamwoord
summier (beknopt)
bref; brièvement; succinct; court; concis; succinctement
- bref bijvoeglijk naamwoord
- brièvement bijvoeglijk naamwoord
- succinct bijvoeglijk naamwoord
- court bijvoeglijk naamwoord
- concis bijvoeglijk naamwoord
- succinctement bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor summier:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
court		tennisbaan; tennisveld
sommaire		grondplan; plattegrond; situatieschets; situatietekening; stadskaart
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
au minimum	bondig; summier	gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig
bref	beknopt; bondig; minimaal; summier	bondig; eenvoudigweg; haastig; in het kort; kernachtig; kort; kortaf; kortom; kortstondig; kortweg; korzelig; raak; samengevat; snauwend; terloops; vluchtig; wrevelig; zonder omhaal
brièvement	beknopt; bondig; minimaal; summier	bondig; kort; samengevat
concis	beknopt; bondig; summier	bondig; kernachtig; kort; minuscuul; raak; terzake; zeer klein
court	beknopt; summier	haastig; kortaf; kortstondig; korzelig; snauwend; terloops; vluchtig; wrevelig
minimal	bondig; minimaal; summier	gering; luttel; miniem; minimaal; minste; weinig
minime	bondig; summier	gering; luttel; miniem; minimaal; minitueus; minste; weinig
sommaire	bondig; minimaal; summier	bondig; kernachtig; kort; laagstaand; minuscuul; primitief; raak; samengevat; zeer klein
succinct	beknopt; bondig; minimaal; summier	bondig; kernachtig; kort; kort en bondig; minuscuul; raak; samengevat; zeer klein
succinctement	beknopt; bondig; summier	bondig; kernachtig; kort; minuscuul; raak; samengevat; zeer klein

Verwante woorden van "summier":

summiere

Wiktionary: summier

summier

adjective

Qui exprimer quelque chose le plus clairement possible avec un nombre de mots restreint.
- concis → beknopt; bondig; kernachtig; kort; summier; zakelijk

Cross Translation:

From	To	Via
• summier	→ sommairement	↔ summarily — in a summary manner

Computer vertaling door derden: