Nederlands
Uitgebreide vertaling voor strak zitten (Nederlands) in het Frans
strak zitten:
-
strak zitten (knellen)
coincer; presser; se saigner aux quatre veines pour; tordre; serrer; pincer; rogner; manquer; comprimer; compresser-
coincer werkwoord (coince, coinces, coinçons, coincez, coincent, coinçais, coinçait, coincions, coinciez, coinçaient, coinçai, coinças, coinça, coinçâmes, coinçâtes, coincèrent, coincerai, coinceras, coincera, coincerons, coincerez, coinceront)
-
presser werkwoord (presse, presses, pressons, pressez, pressent, pressais, pressait, pressions, pressiez, pressaient, pressai, pressas, pressa, pressâmes, pressâtes, pressèrent, presserai, presseras, pressera, presserons, presserez, presseront)
-
se saigner aux quatre veines pour werkwoord
-
tordre werkwoord (tords, tord, tordons, tordez, tordent, tordais, tordait, tordions, tordiez, tordaient, tordis, tordit, tordîmes, tordîtes, tordirent, tordrai, tordras, tordra, tordrons, tordrez, tordront)
-
serrer werkwoord (serre, serres, serrons, serrez, serrent, serrais, serrait, serrions, serriez, serraient, serrai, serras, serra, serrâmes, serrâtes, serrèrent, serrerai, serreras, serrera, serrerons, serrerez, serreront)
-
pincer werkwoord (pince, pinces, pinçons, pincez, pincent, pinçais, pinçait, pincions, pinciez, pinçaient, pinçai, pinças, pinça, pinçâmes, pinçâtes, pincèrent, pincerai, pinceras, pincera, pincerons, pincerez, pinceront)
-
rogner werkwoord (rogne, rognes, rognons, rognez, rognent, rognais, rognait, rognions, rogniez, rognaient, rognai, rognas, rogna, rognâmes, rognâtes, rognèrent, rognerai, rogneras, rognera, rognerons, rognerez, rogneront)
-
manquer werkwoord (manque, manques, manquons, manquez, manquent, manquais, manquait, manquions, manquiez, manquaient, manquai, manquas, manqua, manquâmes, manquâtes, manquèrent, manquerai, manqueras, manquera, manquerons, manquerez, manqueront)
-
comprimer werkwoord (comprime, comprimes, comprimons, comprimez, compriment, comprimais, comprimait, comprimions, comprimiez, comprimaient, comprimai, comprimas, comprima, comprimâmes, comprimâtes, comprimèrent, comprimerai, comprimeras, comprimera, comprimerons, comprimerez, comprimeront)
-
compresser werkwoord (compresse, compresses, compressons, compressez, compressent, compressais, compressait, compressions, compressiez, compressaient, compressai, compressas, compressa, compressâmes, compressâtes, compressèrent, compresserai, compresseras, compressera, compresserons, compresserez, compresseront)
-
Conjugations for strak zitten:
o.t.t.
- zit strak
- zit strak
- zit strak
- zitten strak
- zitten strak
- zitten strak
o.v.t.
- zat strak
- zat strak
- zat strak
- zaten strak
- zaten strak
- zaten strak
v.t.t.
- heb strak gezeten
- hebt strak gezeten
- heeft strak gezeten
- hebben strak gezeten
- hebben strak gezeten
- hebben strak gezeten
v.v.t.
- had strak gezeten
- had strak gezeten
- had strak gezeten
- hadden strak gezeten
- hadden strak gezeten
- hadden strak gezeten
o.t.t.t.
- zal strak zitten
- zult strak zitten
- zal strak zitten
- zullen strak zitten
- zullen strak zitten
- zullen strak zitten
o.v.t.t.
- zou strak zitten
- zou strak zitten
- zou strak zitten
- zouden strak zitten
- zouden strak zitten
- zouden strak zitten
en verder
- ben strak gezeten
- bent strak gezeten
- is strak gezeten
- zijn strak gezeten
- zijn strak gezeten
- zijn strak gezeten
diversen
- zit strak!
- zitt strak!
- strak gezeten
- strak zittend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor strak zitten:
Computer vertaling door derden: