Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. steunpilaar:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor steunpilaar (Nederlands) in het Frans

steunpilaar:

steunpilaar [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de steunpilaar (toeverlaat; steun)
    le soutien; l'aide sociale; l'appui; l'aide; l'asile; le lieu de refuge; le lieu de salut; le port de refuge; le point d'appui

Vertaal Matrix voor steunpilaar:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aide steun; steunpilaar; toeverlaat aanknopingspunt; aanwijzing; assistent; assistentie; bijstand; dienstbetoon; dienstverlening; handreiking; helper; hulp; hulpbetoon; hulpje; hulppersoneel; hulpvaardige; hulpverlening; knecht; maatschappelijk werk; medewerking; onderhoudsdienst; ondersteuning; secondant; service; steun; support
aide sociale steun; steunpilaar; toeverlaat assistentie; bijstand; bijstandsregeling; gezinsbijstand; gezinshulp; gezinsverzorging; gezinszorg; handreiking; hulp; hulpbetoon; hulpverlening; sociale bijstand; steunuitkering
appui steun; steunpilaar; toeverlaat aanknopingspunt; aanwijzing; assistentie; bijstand; hulp; medewerking; ondersteuning; steun; steuntje; stut; vensterbank
asile steun; steunpilaar; toeverlaat asiel; haven; hoek; hospitium; huisvesting; onderdak; onderkomen; opvangcentrum; retraitehuis; schuilhoek; schuilplaats; toevluchthaven; toevluchtshaven; toevluchtsoord; uitwijkplaats; verbergplaats; vluchtelingenkamp; vluchthaven; vluchtoord; vrijplaats; wijkplaats
lieu de refuge steun; steunpilaar; toeverlaat asiel; haven; toevluchthaven; toevluchtsoord; uitwijkplaats; verbergplaats; vluchtelingenkamp; vluchthaven; vluchtoord; vrijplaats; wijkplaats
lieu de salut steun; steunpilaar; toeverlaat
point d'appui steun; steunpilaar; toeverlaat houvast; looprek; ondersteuning; ruggensteun; steun
port de refuge steun; steunpilaar; toeverlaat asiel; haven; toevluchthaven; toevluchtsoord; uitwijkplaats; verbergplaats; vluchthaven; vluchtoord; wijkplaats
soutien steun; steunpilaar; toeverlaat aanknopingspunt; aanmoediging; aansporen; aansporing; aanwijzing; assistentie; bijstand; handreiking; houvast; hulp; hulpbetoon; hulpverlening; medewerking; onderhoudsdienst; ondersteuning; opwekking; schoor; schraag; service; steun; stimulans; support
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
aide help; online-Help

Verwante woorden van "steunpilaar":


Wiktionary: steunpilaar

steunpilaar
noun
  1. (architecture) maçonnerie|fr ouvrage de maçonnerie en forme de grosse colonne ronde, carrée, etc., qui sert à soutenir un édifice ou quelque partie d’un édifice.