Nederlands
Uitgebreide vertaling voor sip (Nederlands) in het Frans
sip:
-
sip (teleurgesteld; betrokken; beteuterd)
déçu; dépité; déconcerté; couvert-
déçu bijvoeglijk naamwoord
-
dépité bijvoeglijk naamwoord
-
déconcerté bijvoeglijk naamwoord
-
couvert bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor sip:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
couvert | bestek; couvert; dekmantel; eetgerei; enveloppe; maaltijdgang; omslag; wikkel | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
couvert | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | afgedekt; bedekt; bewolkt; gecovered; gedekt; gezekerd; onderhuids; overdekt; overkapt; sluimerend; verborgen; verborgen aanwezig zijn; verkapt; verkleed; vermomd; volgebouwd |
déconcerté | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | bedremmeld; beduusd; beteuterd; getroffen; met de mond vol tanden; met open mond; ontdaan; onthutst; ontsteld; ontzet; overstuur; paf; perplex; sprakeloos; stomverbaasd; uiterst verbaasd; verbaasd; verbijsterd; verbluft; verbouwereerd; verschrikt; verstomd; verwonderd |
dépité | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | |
déçu | beteuterd; betrokken; sip; teleurgesteld | wijsgemaakt |