Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- roekeloosheid:
- roekeloos:
-
Wiktionary:
- roekeloosheid → témérité
- roekeloos → téméraire
- roekeloos → tête brûlée, irresponsable, insouciant, téméraire, dangereusement
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor roekeloosheid (Nederlands) in het Frans
roekeloosheid:
-
de roekeloosheid
-
de roekeloosheid (waaghalzerij; vermetelheid; overmoed; onbesuisdheid)
Vertaal Matrix voor roekeloosheid:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
audace | onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij | aanmatiging; brutaliteit; driestheid; durf; durven; gewaagdheid; impertinentie; inbeelding; indiscretie; kloekheid; koenheid; laatdunkendheid; lef; moed; onbeschaamdheid; onbeschoftheid; onbeschroomdheid; onkiesheid; onverschrokkenheid; onwelgevoegelijkheid; schaamteloosheid; stoutmoedigheid; vermetelheid; verwaandheid; vrijpostigheid; wagen; zelfverheffing |
caractère imprudent | roekeloosheid | |
témérité | onbesuisdheid; overmoed; roekeloosheid; vermetelheid; waaghalzerij | driestheid; durf; frivoliteit; gewaagdheid; hupsheid; kloekheid; koenheid; lef; lichtzinnigheid; moed; ondiepte; onverschrokkenheid; oppervlakkigheid; stoutmoedigheid; vermetelheid |
étourderie | roekeloosheid | onbeheerstheid; onbesuisdheid |
Verwante woorden van "roekeloosheid":
Wiktionary: roekeloosheid
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• roekeloosheid | → témérité | ↔ temerity — reckless boldness |
roekeloosheid vorm van roekeloos:
-
roekeloos (baldadig)
-
roekeloos (vermetel; overmoedig; doldriest; lichtzinnig; waaghalzig)
audacieusement; audacieux; t; téméraire; osé; hardi; risqué; hardiment; avec audace-
audacieusement bijvoeglijk naamwoord
-
audacieux bijvoeglijk naamwoord
-
t bijvoeglijk naamwoord
-
téméraire bijvoeglijk naamwoord
-
osé bijvoeglijk naamwoord
-
hardi bijvoeglijk naamwoord
-
risqué bijvoeglijk naamwoord
-
hardiment bijvoeglijk naamwoord
-
avec audace bijvoeglijk naamwoord
-
-
roekeloos
-
roekeloos (waaghalzig; overmoedig; vermetel; halsbrekend)
imprudent; déchaîné; audacieux; insouciant; téméraire; hardi; entreprenant; casse-cou; surexcité; audacieusement; imprévoyant; imprudemment; risque-tout; témérairement; avec témérité-
imprudent bijvoeglijk naamwoord
-
déchaîné bijvoeglijk naamwoord
-
audacieux bijvoeglijk naamwoord
-
insouciant bijvoeglijk naamwoord
-
téméraire bijvoeglijk naamwoord
-
hardi bijvoeglijk naamwoord
-
entreprenant bijvoeglijk naamwoord
-
casse-cou bijvoeglijk naamwoord
-
surexcité bijvoeglijk naamwoord
-
audacieusement bijvoeglijk naamwoord
-
imprévoyant bijvoeglijk naamwoord
-
imprudemment bijvoeglijk naamwoord
-
risque-tout bijvoeglijk naamwoord
-
témérairement bijvoeglijk naamwoord
-
avec témérité bijvoeglijk naamwoord
-
-
roekeloos (onnadenkend; onbedachtzaam; onvoorzichtig; lichtzinnig)
inconsidéré; irréfléchi; sans réfléchir-
inconsidéré bijvoeglijk naamwoord
-
irréfléchi bijvoeglijk naamwoord
-
sans réfléchir bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor roekeloos:
Verwante woorden van "roekeloos":
Wiktionary: roekeloos
roekeloos
Cross Translation:
adjective
-
zonder zorg over de gevolgen of het gevaar van een handeling
- roekeloos → téméraire
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• roekeloos | → tête brûlée | ↔ foolhardy — hotheaded |
• roekeloos | → irresponsable; insouciant | ↔ reckless — careless or heedless; headstrong or rash |
• roekeloos | → téméraire | ↔ reckless — indifferent to danger or the consequences |
• roekeloos | → dangereusement | ↔ unsafely — in an unsafe way |