Rimpel in het Frans vertaald uit het Nederlands

Remove Ads

Overzicht

Nederlands naar Frans: Meer gegevens...

rimpel:
- ride; pli; sillon; ligne; trait
rimpelen:
- chiffonner; plisser; se plisser; froisser; se froisser; se chiffonner
Wiktionary:
- rimpel → ride, sillon
- rimpel → ride
- rimpelen → rider

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rimpel (Nederlands) in het Frans

rimpel:

rimpel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

de rimpel (gezichtsrimpel)
la ride; le pli; le sillon; la ligne; le trait
- ride [la ~] zelfstandig naamwoord
- pli [le ~] zelfstandig naamwoord
- sillon [le ~] zelfstandig naamwoord
- ligne [la ~] zelfstandig naamwoord
- trait [le ~] zelfstandig naamwoord
de rimpel (huidrimpel; lijn)
la ride
- ride [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor rimpel:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ligne	gezichtsrimpel; rimpel	gelid; hengelsnoer; lijn; linie; record; regel; rij; schriftlijn; streep; vislijn; vissnoer; vooreind; vooreinde; voorste gedeelte
pli	gezichtsrimpel; rimpel	ezelsoor; plooi; plooiing; plooirug; vouw
ride	gezichtsrimpel; huidrimpel; lijn; rimpel	golfje; groef; groeve; langwerpige uitholling; rimpeling
sillon	gezichtsrimpel; rimpel	gleuf; groef; groeve; kier; langwerpige uitholling; lijntje; opening; sleuf; streepje; vore
trait	gezichtsrimpel; rimpel	dronk; eigenschap; gelaatstrek; haal; haal met de pen; haaltje; karaktereigenschap; karakterisering; karakteristiek; karaktertrek; kenmerk; kras; kwalititeit; kwaststreek; lijn; lijntje; linie; pennekras; pennenstreek; ruk; schimpscheut; schreef; slok; stigma; streep; streepje; teug; trek; trekje; trekje aan een sigaret; typering; voorzet
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ligne		regel

Verwante woorden van "rimpel":

rimpelen, rimpels, rimpeltje, rimpeltjes

Wiktionary: rimpel

rimpel

noun

Pli qui se forme sur la peau
- ride → rimpel
Grand pli qu’offre un terrain
- ride → rimpel
tranchée que le soc, le coutre de la charrue ouvre dans la terre qu’on laboure.
- sillon → frons; geul; groef; rimpel; voor; vore; zog; cannelure; gleuf; sleuf

Cross Translation:

From	To	Via
• rimpel	→ ride	↔ line — threadlike crease marking the face or the hand; hence, characteristic mark
• rimpel	→ ride	↔ wrinkle — a line or crease in the skin

rimpelen:

rimpelen werkwoord (rimpel, rimpelt, rimpelde, rimpelden, gerimpeld)

rimpelen
chiffonner; plisser; se plisser; froisser; se froisser; se chiffonner
- chiffonner werkwoord (chiffonne, chiffonnes, chiffonnons, chiffonnez, chiffonnent, chiffonnais, chiffonnait, chiffonnions, chiffonniez, chiffonnaient, chiffonnai, chiffonnas, chiffonna, chiffonnâmes, chiffonnâtes, chiffonnèrent, chiffonnerai, chiffonneras, chiffonnera, chiffonnerons, chiffonnerez, chiffonneront)
- plisser werkwoord (plisse, plisses, plissons, plissez, plissent, plissais, plissait, plissions, plissiez, plissaient, plissai, plissas, plissa, plissâmes, plissâtes, plissèrent, plisserai, plisseras, plissera, plisserons, plisserez, plisseront)
- se plisser werkwoord
- froisser werkwoord (froisse, froisses, froissons, froissez, froissent, froissais, froissait, froissions, froissiez, froissaient, froissai, froissas, froissa, froissâmes, froissâtes, froissèrent, froisserai, froisseras, froissera, froisserons, froisserez, froisseront)
- se froisser werkwoord
- se chiffonner werkwoord

Conjugations for rimpelen:

o.t.t.

rimpel
rimpelt
rimpelt
rimpelen
rimpelen
rimpelen

o.v.t.

rimpelde
rimpelde
rimpelde
rimpelden
rimpelden
rimpelden

v.t.t.

ben gerimpeld
bent gerimpeld
is gerimpeld
zijn gerimpeld
zijn gerimpeld
zijn gerimpeld

v.v.t.

was gerimpeld
was gerimpeld
was gerimpeld
waren gerimpeld
waren gerimpeld
waren gerimpeld

o.t.t.t.

zal rimpelen
zult rimpelen
zal rimpelen
zullen rimpelen
zullen rimpelen
zullen rimpelen

o.v.t.t.

zou rimpelen
zou rimpelen
zou rimpelen
zouden rimpelen
zouden rimpelen
zouden rimpelen

diversen

rimpel!
rimpelt!
gerimpeld
rimpelend

1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor rimpelen:

Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
chiffonner	rimpelen	kreukelen; kreuken; verfrommelen; verkreukelen
froisser	rimpelen	belasteren; grieven; krenken; kreukelen; kreuken; kwaadspreken; kwetsen; lasteren; opfrommelen; pijn bezorgen; pijn doen; ruisen; smaden; suizelen; suizen; verfrommelen; verkreukelen; verwonden; zeer doen
plisser	rimpelen	kreukelen; verfrommelen; verkreukelen
se chiffonner	rimpelen	kreukelen; kreuken; verfrommelen; verkreukelen
se froisser	rimpelen	knisperen; kreukelen; kreuken; ritselen; verfrommelen; verkreukelen
se plisser	rimpelen	kreukelen; verfrommelen; verkreukelen

Verwante woorden van "rimpelen":

rimpel

Verwante definities voor "rimpelen":

plooien krijgen waar je huid te ruim is¹
- een gerimpeld voorhoofd¹

Wiktionary: rimpelen

rimpelen

verb

plooien of golven in het oppervlak vormen
- rimpelen → rider

Computer vertaling door derden:

¹Muiswerk Woordenboek