Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- reconstrueren:
-
Wiktionary:
- reconstrueren → reconstruire, relever
- reconstrueren → reconstruire
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor reconstrueren (Nederlands) in het Frans
reconstrueren:
reconstrueren werkwoord (reconstrueer, reconstrueert, reconstrueerde, reconstrueerden, gereconstrueerd)
-
reconstrueren (opnieuw laten afspelen)
reconstruire-
reconstruire werkwoord (reconstruis, reconstruit, reconstruisons, reconstruisez, reconstruisent, reconstruisais, reconstruisait, reconstruisions, reconstruisiez, reconstruisaient, reconstruisis, reconstruisit, reconstruisîmes, reconstruisîtes, reconstruisirent, reconstruirai, reconstruiras, reconstruira, reconstruirons, reconstruirez, reconstruiront)
-
-
reconstrueren (opnieuw bouwen; herbouwen)
reconstruire; rebâtir; convertir-
reconstruire werkwoord (reconstruis, reconstruit, reconstruisons, reconstruisez, reconstruisent, reconstruisais, reconstruisait, reconstruisions, reconstruisiez, reconstruisaient, reconstruisis, reconstruisit, reconstruisîmes, reconstruisîtes, reconstruisirent, reconstruirai, reconstruiras, reconstruira, reconstruirons, reconstruirez, reconstruiront)
-
rebâtir werkwoord (rebâtis, rebâtit, rebâtissons, rebâtissez, rebâtissent, rebâtissais, rebâtissait, rebâtissions, rebâtissiez, rebâtissaient, rebâtîmes, rebâtîtes, rebâtirent, rebâtirai, rebâtiras, rebâtira, rebâtirons, rebâtirez, rebâtiront)
-
convertir werkwoord (convertis, convertit, convertissons, convertissez, convertissent, convertissais, convertissait, convertissions, convertissiez, convertissaient, convertîmes, convertîtes, convertirent, convertirai, convertiras, convertira, convertirons, convertirez, convertiront)
-
Conjugations for reconstrueren:
o.t.t.
- reconstrueer
- reconstrueert
- reconstrueert
- reconstrueren
- reconstrueren
- reconstrueren
o.v.t.
- reconstrueerde
- reconstrueerde
- reconstrueerde
- reconstrueerden
- reconstrueerden
- reconstrueerden
v.t.t.
- heb gereconstrueerd
- hebt gereconstrueerd
- heeft gereconstrueerd
- hebben gereconstrueerd
- hebben gereconstrueerd
- hebben gereconstrueerd
v.v.t.
- had gereconstrueerd
- had gereconstrueerd
- had gereconstrueerd
- hadden gereconstrueerd
- hadden gereconstrueerd
- hadden gereconstrueerd
o.t.t.t.
- zal reconstrueren
- zult reconstrueren
- zal reconstrueren
- zullen reconstrueren
- zullen reconstrueren
- zullen reconstrueren
o.v.t.t.
- zou reconstrueren
- zou reconstrueren
- zou reconstrueren
- zouden reconstrueren
- zouden reconstrueren
- zouden reconstrueren
en verder
- is gereconstrueerd
- zijn gereconstrueerd
diversen
- reconstrueer!
- reconstrueert!
- gereconstrueerd
- reconstruerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor reconstrueren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
convertir | herbouwen; opnieuw bouwen; reconstrueren | bekeren; converteren; draaien; iets omdraaien; inruilen; kantelen; omkeren; omrekenen; omzetten; rollen; ronddraaien; roteren; verwerken; verwisselen; wentelen |
rebâtir | herbouwen; opnieuw bouwen; reconstrueren | |
reconstruire | herbouwen; opnieuw bouwen; opnieuw laten afspelen; reconstrueren | verbouwen; vertimmeren |
Wiktionary: reconstrueren
reconstrueren
Cross Translation:
verb
reconstrueren
-
weder opbouwen
- reconstrueren → reconstruire
verb
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• reconstrueren | → reconstruire | ↔ rekonstruieren — Architektur: etwas Zerstörtes oder nicht mehr Vorhandenes (aus den Überresten oder oder mit Hilfe indirekter Zeugnisse) möglichst originalgetreu wiederaufbauen und/oder nachbilden |