Nederlands
Uitgebreide vertaling voor popelen (Nederlands) in het Frans
popelen:
-
popelen
brûler de; trembler; palpiter; trépigner-
brûler de werkwoord
-
trembler werkwoord (tremble, trembles, tremblons, tremblez, tremblent, tremblais, tremblait, tremblions, trembliez, tremblaient, tremblai, tremblas, trembla, tremblâmes, tremblâtes, tremblèrent, tremblerai, trembleras, tremblera, tremblerons, tremblerez, trembleront)
-
palpiter werkwoord (palpite, palpites, palpitons, palpitez, palpitent, palpitais, palpitait, palpitions, palpitiez, palpitaient, palpitai, palpitas, palpita, palpitâmes, palpitâtes, palpitèrent, palpiterai, palpiteras, palpitera, palpiterons, palpiterez, palpiteront)
-
trépigner werkwoord (trépigne, trépignes, trépignons, trépignez, trépignent, trépignais, trépignait, trépignions, trépigniez, trépignaient, trépignai, trépignas, trépigna, trépignâmes, trépignâtes, trépignèrent, trépignerai, trépigneras, trépignera, trépignerons, trépignerez, trépigneront)
-
Conjugations for popelen:
o.t.t.
- popel
- popelt
- popelt
- popelen
- popelen
- popelen
o.v.t.
- popelde
- popelde
- popelde
- popelden
- popelden
- popelden
v.t.t.
- heb gepopeld
- hebt gepopeld
- heeft gepopeld
- hebben gepopeld
- hebben gepopeld
- hebben gepopeld
v.v.t.
- had gepopeld
- had gepopeld
- had gepopeld
- hadden gepopeld
- hadden gepopeld
- hadden gepopeld
o.t.t.t.
- zal popelen
- zult popelen
- zal popelen
- zullen popelen
- zullen popelen
- zullen popelen
o.v.t.t.
- zou popelen
- zou popelen
- zou popelen
- zouden popelen
- zouden popelen
- zouden popelen
diversen
- popel!
- popelt!
- gepopeld
- popelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor popelen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
brûler de | popelen | hunkeren; sterk verlangen |
palpiter | popelen | kloppen; lillen; trillen |
trembler | popelen | beven; bibberen; kloppen; lillen; rillen; sidderen; trillen; vibreren |
trépigner | popelen | stampen; stampvoeten; trappelen |
Computer vertaling door derden: