Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. pension:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor pension (Nederlands) in het Frans

pension:

pension [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het pension
    la pension; l'hôtel; l'hôtellerie; la maison de famille; l'auberge; la chambre d'hôtel

Vertaal Matrix voor pension:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
auberge pension bar; café; café-hotel; herberg; hotel; kroeg; lokaliteit; tapperij; taveerne
chambre d'hôtel pension herberg; hotel; hotelkamer; kosthuis
hôtel pension herberg; horecabedrijf; hotel
hôtellerie pension café-hotel; herberg; hotel; hotelbedrijf; hotellerie; hotelmaatschappij; hotelwezen
maison de famille pension
pension pension herberg; hotel; kostgeld; kosthuis; oudedagvoorziening; pensioen

Verwante woorden van "pension":

  • pensions

Wiktionary: pension

pension
noun
  1. een gelegenheid waar men kan logeren
pension
noun
  1. établissement particulier où l’on prend en pension des enfants de l’un ou de l’autre sexe pour les instruire.

Cross Translation:
FromToVia
pension pensionnat boarding house — private house for paying guests
pension pension; auberge hostel — an affordable overnight lodging place
pension pension; retraite pension — regular payment due to a person in consideration of past services
pension pension pension — boarding house