Nederlands
Uitgebreide vertaling voor ontstoppen (Nederlands) in het Frans
ontstoppen:
-
ontstoppen
déboucher-
déboucher werkwoord (débouche, débouches, débouchons, débouchez, débouchent, débouchais, débouchait, débouchions, débouchiez, débouchaient, débouchai, débouchas, déboucha, débouchâmes, débouchâtes, débouchèrent, déboucherai, déboucheras, débouchera, déboucherons, déboucherez, déboucheront)
-
Conjugations for ontstoppen:
o.t.t.
- ontstop
- ontstopt
- ontstopt
- ontstoppen
- ontstoppen
- ontstoppen
o.v.t.
- ontstopte
- ontstopte
- ontstopte
- ontstopten
- ontstopten
- ontstopten
v.t.t.
- heb ontstopt
- hebt ontstopt
- heeft ontstopt
- hebben ontstopt
- hebben ontstopt
- hebben ontstopt
v.v.t.
- had ontstopt
- had ontstopt
- had ontstopt
- hadden ontstopt
- hadden ontstopt
- hadden ontstopt
o.t.t.t.
- zal ontstoppen
- zult ontstoppen
- zal ontstoppen
- zullen ontstoppen
- zullen ontstoppen
- zullen ontstoppen
o.v.t.t.
- zou ontstoppen
- zou ontstoppen
- zou ontstoppen
- zouden ontstoppen
- zouden ontstoppen
- zouden ontstoppen
en verder
- ben ontstopt
- bent ontstopt
- is ontstopt
- zijn ontstopt
- zijn ontstopt
- zijn ontstopt
diversen
- ontstop!
- ontstopt!
- ontstopt
- ontstoppend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor ontstoppen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
déboucher | ontstoppen | ontkurken; ontsluiten; opendraaien; openen; opentrekken |