Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
nécessaire
|
|
necessaire; reistas
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
certain
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
absoluut; beslist; definitief; feitelijk; geheid; gewis; heel zeker; heus; ongetwijfeld; onvoorwaardelijk; permanent; pertinent; reëel; ronduit; stellig; ten enenmale; vast; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand; volstrekt; voorzeker; waarachtig; waarlijk; welzeker; zeker
|
d'urgence
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
broodnodig; dringend; hoognodig; klemmend; met spoed; spoedeisend; urgent
|
définitif
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
definitief; definitieve; permanent; vastgesteld; vaststaand
|
définitivement
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
definitief; onverandelijk; permanent; vastgesteld; vaststaand; voorgoed
|
inéluctable
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
essentieel; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; wezenlijk
|
inévitable
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
door de behoefte vereist; essentieel; nodig; noodzakelijk; onafwendbaar; onmisbaar; onontbeerlijk; onvermijdelijk; wezenlijk
|
irréfutable
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
onaanvechtbaar; onbetwistbaar; onomstotelijk; onweerlegbaar; vast en zeker
|
irrévocable
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
definitief; definitieve; onherstelbaar; onweerlegbaar; permanent; reddeloos; vast en zeker; vastgesteld; vaststaand
|
nécessaire
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
benodigd; broodnodig; door de behoefte vereist; hoognodig; nodig; noodzakelijk; noodzakelijkerwijs
|
nécessairement
|
onafwendbaar; onherroepelijk; onontkoombaar; onvermijdelijk
|
door de behoefte vereist; essentieel; nodig; noodzakelijk; onmisbaar; onontbeerlijk; wezenlijk
|