Nederlands
Uitgebreide vertaling voor noest (Nederlands) in het Frans
noest:
-
noest (onvermoeibaar; bedreven)
assidu; infatigable; bûcheur; avec zèle; laborieux; zélé; avec application-
assidu bijvoeglijk naamwoord
-
infatigable bijvoeglijk naamwoord
-
bûcheur bijvoeglijk naamwoord
-
avec zèle bijvoeglijk naamwoord
-
laborieux bijvoeglijk naamwoord
-
zélé bijvoeglijk naamwoord
-
avec application bijvoeglijk naamwoord
-
-
noest (arbeidzaam)
travailleur; laborieux; actif-
travailleur bijvoeglijk naamwoord
-
laborieux bijvoeglijk naamwoord
-
actif bijvoeglijk naamwoord
-