Nederlands
Uitgebreide vertaling voor klungelen (Nederlands) in het Frans
klungelen:
-
klungelen (knoeien; klunzen; prutsen; stuntelen)
tripoter; niaiser; bricoler maladroitement; bousiller; gâcher-
tripoter werkwoord (tripote, tripotes, tripotons, tripotez, tripotent, tripotais, tripotait, tripotions, tripotiez, tripotaient, tripotai, tripotas, tripota, tripotâmes, tripotâtes, tripotèrent, tripoterai, tripoteras, tripotera, tripoterons, tripoterez, tripoteront)
-
niaiser werkwoord
-
bricoler maladroitement werkwoord
-
bousiller werkwoord (bousille, bousilles, bousillons, bousillez, bousillent, bousillais, bousillait, bousillions, bousilliez, bousillaient, bousillai, bousillas, bousilla, bousillâmes, bousillâtes, bousillèrent, bousillerai, bousilleras, bousillera, bousillerons, bousillerez, bousilleront)
-
gâcher werkwoord (gâche, gâches, gâchons, gâchez, gâchent, gâchais, gâchait, gâchions, gâchiez, gâchaient, gâchai, gâchas, gâcha, gâchâmes, gâchâtes, gâchèrent, gâcherai, gâcheras, gâchera, gâcherons, gâcherez, gâcheront)
-
Conjugations for klungelen:
o.t.t.
- klungel
- klungelt
- klungelt
- klungelen
- klungelen
- klungelen
o.v.t.
- klungelde
- klungelde
- klungelde
- klungelden
- klungelden
- klungelden
v.t.t.
- heb geklungeld
- hebt geklungeld
- heeft geklungeld
- hebben geklungeld
- hebben geklungeld
- hebben geklungeld
v.v.t.
- had geklungeld
- had geklungeld
- had geklungeld
- hadden geklungeld
- hadden geklungeld
- hadden geklungeld
o.t.t.t.
- zal klungelen
- zult klungelen
- zal klungelen
- zullen klungelen
- zullen klungelen
- zullen klungelen
o.v.t.t.
- zou klungelen
- zou klungelen
- zou klungelen
- zouden klungelen
- zouden klungelen
- zouden klungelen
diversen
- klungel!
- klungelt!
- geklungeld
- klungelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor klungelen:
Verwante woorden van "klungelen":
klungelen vorm van klungel:
-
de klungel (kruk; klungelaar; stumper; stoethaspel)
le colificheur; le bousilleur; l'andouille; le drôle de type; le brimborion; le chiffon; la loque; le maladroit; le manchot; l'empoté; le gaffeur; le pauvre type; le pauvre diable
Vertaal Matrix voor klungel:
Verwante woorden van "klungel":
Synoniemen voor "klungel":
Verwante definities voor "klungel":
Computer vertaling door derden: