Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. kist:
  2. kisten:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor kist (Nederlands) in het Frans

kist:

kist

  1. kist

kist [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de kist (krat)
    la caisse; la clayette; la caisse à claire-voie

Vertaal Matrix voor kist:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
caisse kist; krat kasregister; kistje; kratje
caisse à claire-voie kist; krat
clayette kist; krat
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
caisse kist

Verwante woorden van "kist":

  • kistten

Verwante definities voor "kist":

  1. rechthoekige houten doos1
    • we hebben een kist perziken gekocht1

Wiktionary: kist

kist
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens
  2. Petit cuvier de bois qui a les bords assez bas.
  3. Contenant parallélépipédique
  4. Caisse destinée à un défunt
  5. meuble en forme de caisse, en bois ou en métal, propre à enfermer diverses choses.

Cross Translation:
FromToVia
kist caisse case — box containing a number of identical items of manufacture
kist coffre chest — strong box
kist cercueil coffin — box for the dead

kisten:

kisten werkwoord (kist, kistte, kistten, gekist)

  1. kisten
    coffrer; mettre en bière
    • coffrer werkwoord (coffre, coffres, coffrons, coffrez, )
    • mettre en bière werkwoord

Conjugations for kisten:

o.t.t.
  1. kist
  2. kist
  3. kist
  4. kisten
  5. kisten
  6. kisten
o.v.t.
  1. kistte
  2. kistte
  3. kistte
  4. kistten
  5. kistten
  6. kistten
v.t.t.
  1. heb gekist
  2. hebt gekist
  3. heeft gekist
  4. hebben gekist
  5. hebben gekist
  6. hebben gekist
v.v.t.
  1. had gekist
  2. had gekist
  3. had gekist
  4. hadden gekist
  5. hadden gekist
  6. hadden gekist
o.t.t.t.
  1. zal kisten
  2. zult kisten
  3. zal kisten
  4. zullen kisten
  5. zullen kisten
  6. zullen kisten
o.v.t.t.
  1. zou kisten
  2. zou kisten
  3. zou kisten
  4. zouden kisten
  5. zouden kisten
  6. zouden kisten
en verder
  1. is gekist
diversen
  1. kist!
  2. kist!
  3. gekist
  4. kistend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor kisten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coffrer kisten
mettre en bière kisten opbaren