Nederlands
Uitgebreide vertaling voor inwijden (Nederlands) in het Frans
inwijden:
-
inwijden (plechtig bevestigen; inaugureren; inhuldigen)
inaugurer; installer-
inaugurer werkwoord (inaugure, inaugures, inaugurons, inaugurez, inaugurent, inaugurais, inaugurait, inaugurions, inauguriez, inauguraient, inaugurai, inauguras, inaugura, inaugurâmes, inaugurâtes, inaugurèrent, inaugurerai, inaugureras, inaugurera, inaugurerons, inaugurerez, inaugureront)
-
installer werkwoord (installe, installes, installons, installez, installent, installais, installait, installions, installiez, installaient, installai, installas, installa, installâmes, installâtes, installèrent, installerai, installeras, installera, installerons, installerez, installeront)
-
-
inwijden (inzegenen; wijden; zegenen; heiligen)
bénir; consacrer; sanctifier; donner la bénédiction-
bénir werkwoord (bénis, bénit, bénissons, bénissez, bénissent, bénissais, bénissait, bénissions, bénissiez, bénissaient, bénîmes, bénîtes, bénirent, bénirai, béniras, bénira, bénirons, bénirez, béniront)
-
consacrer werkwoord (consacre, consacres, consacrons, consacrez, consacrent, consacrais, consacrait, consacrions, consacriez, consacraient, consacrai, consacras, consacra, consacrâmes, consacrâtes, consacrèrent, consacrerai, consacreras, consacrera, consacrerons, consacrerez, consacreront)
-
sanctifier werkwoord (sanctifie, sanctifies, sanctifions, sanctifiez, sanctifient, sanctifiais, sanctifiait, sanctifiions, sanctifiiez, sanctifiaient, sanctifiai, sanctifias, sanctifia, sanctifiâmes, sanctifiâtes, sanctifièrent, sanctifierai, sanctifieras, sanctifiera, sanctifierons, sanctifierez, sanctifieront)
-
donner la bénédiction werkwoord
-
Conjugations for inwijden:
o.t.t.
- wijd in
- wijdt in
- wijdt in
- wijden in
- wijden in
o.v.t.
- wijdde in
- wijdde in
- wijdde in
- wijdden in
- wijdden in
- wijdden in
v.t.t.
- heb ingewijd
- hebt ingewijd
- heeft ingewijd
- hebben ingewijd
- hebben ingewijd
- hebben ingewijd
v.v.t.
- had ingewijd
- had ingewijd
- had ingewijd
- hadden ingewijd
- hadden ingewijd
- hadden ingewijd
o.t.t.t.
- zal inwijden
- zult inwijden
- zal inwijden
- zullen inwijden
- zullen inwijden
- zullen inwijden
o.v.t.t.
- zou inwijden
- zou inwijden
- zou inwijden
- zouden inwijden
- zouden inwijden
- zouden inwijden
en verder
- ben ingewijd
- bent ingewijd
- is ingewijd
- zijn ingewijd
- zijn ingewijd
- zijn ingewijd
diversen
- wijd in!
- wijdt in!
- ingewijd
- inwijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor inwijden:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
bénir | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen | |
consacrer | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen | aangrijpen; aanwenden; benutten; gebruiken; toepassen |
donner la bénédiction | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen | |
inaugurer | inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen | aankaarten; aanknopen; aansnijden; beginnen; entameren; gesprek aanknopen; inleiden; inluiden; openen; opwerpen; starten; te berde brengen; ter sprake brengen |
installer | inaugureren; inhuldigen; inwijden; plechtig bevestigen | aanbrengen; aanleggen; bevestigen; bijzetten; deponeren; ergens aan bevestigen; inrichten; installeren; leggen; meubileren; monteren en aansluiten; neerleggen; neerzetten; onderuit halen; plaatsen; vastmaken; vastzetten; wegleggen; zetten |
sanctifier | heiligen; inwijden; inzegenen; wijden; zegenen |
Wiktionary: inwijden
inwijden
Cross Translation:
verb
-
(religion) consacrer au culte, au service divin avec certaines cérémonies.
-
recevoir au nombre de ceux qui font profession de quelque culte particulier, admettre à la connaissance et à la participation de certaines cérémonies secrètes qui regarder le culte particulier de quelque divinité.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• inwijden | → consacrer; vouer | ↔ dedicate — to set apart for a deity or for religious purposes; consecrate |
• inwijden | → inaugurer | ↔ dedicate — to open (a building, for example) to public use |
• inwijden | → consacrer | ↔ sanctify — to make holy |