Nederlands
Uitgebreide vertaling voor invlechten (Nederlands) in het Frans
invlechten:
-
invlechten (vlechten in)
tresser; entrelacer-
tresser werkwoord (tresse, tresses, tressons, tressez, tressent, tressais, tressait, tressions, tressiez, tressaient, tressai, tressas, tressa, tressâmes, tressâtes, tressèrent, tresserai, tresseras, tressera, tresserons, tresserez, tresseront)
-
entrelacer werkwoord (entrelace, entrelaces, entrelaçons, entrelacez, entrelacent, entrelaçais, entrelaçait, entrelacions, entrelaciez, entrelaçaient, entrelaçai, entrelaças, entrelaça, entrelaçâmes, entrelaçâtes, entrelacèrent, entrelacerai, entrelaceras, entrelacera, entrelacerons, entrelacerez, entrelaceront)
-
Conjugations for invlechten:
o.t.t.
- vlecht in
- vlecht in
- vlecht in
- vlechten in
- vlechten in
- vlechten in
o.v.t.
- vlocht in
- vlocht in
- vlocht in
- vlochten in
- vlochten in
- vlochten in
v.t.t.
- heb ingevlochten
- hebt ingevlochten
- heeft ingevlochten
- hebben ingevlochten
- hebben ingevlochten
- hebben ingevlochten
v.v.t.
- had ingevlochten
- had ingevlochten
- had ingevlochten
- hadden ingevlochten
- hadden ingevlochten
- hadden ingevlochten
o.t.t.t.
- zal invlechten
- zult invlechten
- zal invlechten
- zullen invlechten
- zullen invlechten
- zullen invlechten
o.v.t.t.
- zou invlechten
- zou invlechten
- zou invlechten
- zouden invlechten
- zouden invlechten
- zouden invlechten
en verder
- ben ingevlochten
- bent ingevlochten
- is ingevlochten
- zijn ingevlochten
- zijn ingevlochten
- zijn ingevlochten
diversen
- vlecht in!
- vlecht in!
- ingevlochten
- invlechtend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor invlechten:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
entrelacer | invlechten; vlechten in | ineenvlechten; interlace; omvlechten; samenweven; strengelen; vervlechten; verweven; vlechten |
tresser | invlechten; vlechten in | ineenvlechten; strengelen; toesnoeren; vlechten |