Nederlands
Uitgebreide vertaling voor invaart (Nederlands) in het Frans
invaart:
Vertaal Matrix voor invaart:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
entrée | invaart | aankomst; binnengaan; binnenkomst; deur; dorpel; drempel; entree; entreehal; hal; import; ingang; inkomst; inlaat; inrit; instappen; intocht; intrede; invoer; komst; narthex; ontvangstruimte; oprijlaan; oprit; portiek; receptiekamer; ridderzaal; salon; toegang; tussenkamer; vermelding; voorgerecht; voorhal |
invaart vorm van invaren:
-
invaren (binnenvaren)
Conjugations for invaren:
o.t.t.
- vaar in
- vaart in
- vaart in
- varen in
- varen in
- varen in
o.v.t.
- voer in
- voer in
- voer in
- voeren in
- voeren in
- voeren in
v.t.t.
- ben ingevaren
- bent ingevaren
- is ingevaren
- zijn ingevaren
- zijn ingevaren
- zijn ingevaren
v.v.t.
- was ingevaren
- was ingevaren
- was ingevaren
- waren ingevaren
- waren ingevaren
- waren ingevaren
o.t.t.t.
- zal invaren
- zult invaren
- zal invaren
- zullen invaren
- zullen invaren
- zullen invaren
o.v.t.t.
- zou invaren
- zou invaren
- zou invaren
- zouden invaren
- zouden invaren
- zouden invaren
en verder
- vaarde in
- vaarde in
- vaarde in
- vaarden in
- vaarden in
- vaarden in
diversen
- vaar in!
- vaart in!
- ingevaren
- invarend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor invaren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
entrer dans | binnenvaren; invaren | belopen; betreden; bewandelen; binnendringen; binnengaan; binnenkomen; binnenlopen; binnenrijden; binnenstappen; binnentreden; binnenvallen; importeren; indringen; infiltreren; ingaan; inrijden; instappen; invallen; invoeren; te voet afleggen |
entrer dans un port | binnenvaren; invaren |