Nederlands
Uitgebreide vertaling voor in elkaar storten (Nederlands) in het Frans
in elkaar storten:
-
in elkaar storten (ten gronde gaan)
se délabrer; se désagréger; tomber en morceaux; tomber en ruine; s'effrondrer-
se délabrer werkwoord
-
se désagréger werkwoord
-
tomber en morceaux werkwoord
-
tomber en ruine werkwoord
-
s'effrondrer werkwoord
-
-
in elkaar storten (bezwijken; ondergaan; te gronde gaan)
craquer; s'écrouler-
craquer werkwoord (craque, craques, craquons, craquez, craquent, craquais, craquait, craquions, craquiez, craquaient, craquai, craquas, craqua, craquâmes, craquâtes, craquèrent, craquerai, craqueras, craquera, craquerons, craquerez, craqueront)
-
s'écrouler werkwoord
-