Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor hoogschatten (Nederlands) in het Frans

hoogschatten:

hoogschatten werkwoord (schat hoog, schatte hoog, schatten hoog, gehoogschat)

  1. hoogschatten (hoogachten; respecteren; eerbiedigen; achten)
    respecter; considérer; estimer; honorer; vénérer; être respectueux; observer
    • respecter werkwoord (respecte, respectes, respectons, respectez, )
    • considérer werkwoord (considère, considères, considérons, considérez, )
    • estimer werkwoord (estime, estimes, estimons, estimez, )
    • honorer werkwoord (honore, honores, honorons, honorez, )
    • vénérer werkwoord (vénère, vénères, vénérons, vénérez, )
    • être respectueux werkwoord
    • observer werkwoord (observe, observes, observons, observez, )

Conjugations for hoogschatten:

o.t.t.
  1. schat hoog
  2. schat hoog
  3. schat hoog
  4. schatten hoog
  5. schatten hoog
  6. schatten hoog
o.v.t.
  1. schatte hoog
  2. schatte hoog
  3. schatte hoog
  4. schatten hoog
  5. schatten hoog
  6. schatten hoog
v.t.t.
  1. heb gehoogschat
  2. hebt gehoogschat
  3. heeft gehoogschat
  4. hebben gehoogschat
  5. hebben gehoogschat
  6. hebben gehoogschat
v.v.t.
  1. had gehoogschat
  2. had gehoogschat
  3. had gehoogschat
  4. hadden gehoogschat
  5. hadden gehoogschat
  6. hadden gehoogschat
o.t.t.t.
  1. zal hoogschatten
  2. zult hoogschatten
  3. zal hoogschatten
  4. zullen hoogschatten
  5. zullen hoogschatten
  6. zullen hoogschatten
o.v.t.t.
  1. zou hoogschatten
  2. zou hoogschatten
  3. zou hoogschatten
  4. zouden hoogschatten
  5. zouden hoogschatten
  6. zouden hoogschatten
diversen
  1. schat hoog!
  2. schat hoog!
  3. gehoogschat
  4. hoogschattend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor hoogschatten:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
considérer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren aankijken; afwegen; appreciëren; bedenken; bekijken; beraadslagen; beraden; beschouwen; bespiegelen; bezichtigen; consideren; considereren; doordenken; gadeslaan; iets overwegen; in overweging nemen; inleven; inspecteren; invoelen; meeleven; nadenken; op prijs stellen; overdenken; overleggen; overpeinzen; overwegen; peinzen; raad inwinnen; toeschouwen; voelen; waarderen; zich beraden
estimer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren aannemen; adviseren; afwegen; appreciëren; becijferen; begroten; bepalen; beraden; beramen; berekenen; calculeren; consideren; determineren; geloven; gissen; gissing maken; iets aanraden; iets overwegen; in acht nemen; ingeven; inschatten; ontzien; op prijs stellen; overdenken; overwegen; raden; ramen; schatten; sparen; suggereren; taxeren; uitrekenen; uitwerken; vaststellen; verschonen; waarderen
honorer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren appreciëren; buigen; de hemel in prijzen; eer aandoen; eer betuigen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; hemelhoog prijzen; hulde bewijzen; huldigen; in ere houden; lofprijzen; met een roze bril bezien; op prijs stellen; ophemelen; romantiseren; sieren; tot eer strekken; verheerlijken; waarderen
observer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren aankijken; aanschouwen; bekijken; bemerken; bespeuren; bewaken; bezichtigen; blikken; blikken werpen; gadeslaan; gewaarworden; horen; in de gaten houden; in het oog houden; inspecteren; kijken; merken; nakomen; observeren; onderscheiden; ontwaren; opletten; opmerken; patrouilleren; signaleren; staren; surveilleren; te zien krijgen; toekijken; toeschouwen; toezicht houden; toezien; turen; voelen; waarnemen; zien
respecter achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren appreciëren; buigen; eerbied tonen; eerbiedigen; houden aan; in acht nemen; nakomen; ontzien; op prijs stellen; opkijken tegen; sparen; verschonen; waarderen
vénérer achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren aanbidden; adoreren; appreciëren; bidden tot; de hemel in prijzen; eer aandoen; eer bewijzen; eerbied bewijzen; eren; hemelhoog prijzen; hulde bewijzen; huldigen; in ere houden; lofprijzen; met een roze bril bezien; op prijs stellen; ophemelen; romantiseren; verafgoden; verheerlijken; waarderen
être respectueux achten; eerbiedigen; hoogachten; hoogschatten; respecteren appreciëren; op prijs stellen; waarderen