Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- hagelen:
- hagel:
-
Wiktionary:
- hagelen → grêler
- hagelen → grêler
- hagel → grêle, chevrotine
- hagel → chevrotine, grêle, plomb
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor hagelen (Nederlands) in het Frans
hagelen:
Conjugations for hagelen:
o.t.t.
- hagelt
o.v.t.
- hagelde
v.t.t.
- heeft gehageld
v.v.t.
- had gehageld
o.t.t.t.
- zal hagelen
o.v.t.t.
- zou hagelen
diversen
- hagel!
- hagelt!
- gehageld
- hagelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor hagelen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grêler | hagelen |
Verwante woorden van "hagelen":
hagel:
-
de hagel (hagelsteen; hagelkorrel)
Vertaal Matrix voor hagel:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grêlon | hagel; hagelkorrel; hagelsteen |
Verwante woorden van "hagel":
Verwante definities voor "hagel":
Wiktionary: hagel
hagel
Cross Translation:
noun
hagel
-
bolvormig ijs dat als neerslag uit de hemel valt
- hagel → grêle
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• hagel | → chevrotine | ↔ buckshot — lead shot used in shotgun cartridges |
• hagel | → grêle | ↔ hail — balls of ice |
• hagel | → plomb | ↔ shot — small metal balls used as ammunition |
• hagel | → grêle | ↔ Hagel — aus meist kleinen Eisklumpen bestehender Niederschlag |
Computer vertaling door derden: