Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. grijns:
  2. grijnzen:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor grijns (Nederlands) in het Frans

grijns:

grijns [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de grijns (sneer; grijnslach)
    la vanne; le ricanement; la remarque moqueuse
  2. de grijns (grimas; grijnslach)
    la grimace; le ricanement; le rictus

Vertaal Matrix voor grijns:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grimace grijns; grijnslach; grimas lach; toegrijnzen
remarque moqueuse grijns; grijnslach; sneer
ricanement grijns; grijnslach; grimas; sneer gegiechel; gegrijns; gegrinnik; gejoel; gejubel; hoon; hoongelach; lach
rictus grijns; grijnslach; grimas
vanne grijns; grijnslach; sneer

Verwante woorden van "grijns":


grijnzen:

grijnzen werkwoord (grijns, grijnst, grijnsde, grijnsden, gegrijnsd)

  1. grijnzen (grimassen; grijnzend lachen)
    grimacer
    • grimacer werkwoord (grimace, grimaces, grimaçons, grimacez, )
  2. grijnzen (glimlachen)
    sourire
    • sourire werkwoord (souris, sourit, sourions, souriez, )
  3. grijnzen (vals grijnzen; sneren)
    grimacer; rire sardonique
    • grimacer werkwoord (grimace, grimaces, grimaçons, grimacez, )
    • rire sardonique werkwoord

Conjugations for grijnzen:

o.t.t.
  1. grijns
  2. grijnst
  3. grijnst
  4. grijnzen
  5. grijnzen
  6. grijnzen
o.v.t.
  1. grijnsde
  2. grijnsde
  3. grijnsde
  4. grijnsden
  5. grijnsden
  6. grijnsden
v.t.t.
  1. heb gegrijnsd
  2. hebt gegrijnsd
  3. heeft gegrijnsd
  4. hebben gegrijnsd
  5. hebben gegrijnsd
  6. hebben gegrijnsd
v.v.t.
  1. had gegrijnsd
  2. had gegrijnsd
  3. had gegrijnsd
  4. hadden gegrijnsd
  5. hadden gegrijnsd
  6. hadden gegrijnsd
o.t.t.t.
  1. zal grijnzen
  2. zult grijnzen
  3. zal grijnzen
  4. zullen grijnzen
  5. zullen grijnzen
  6. zullen grijnzen
o.v.t.t.
  1. zou grijnzen
  2. zou grijnzen
  3. zou grijnzen
  4. zouden grijnzen
  5. zouden grijnzen
  6. zouden grijnzen
diversen
  1. grijns!
  2. grijnst!
  3. gegrijnsd
  4. grijnzend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor grijnzen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
sourire glimlach; glimlachje; lachje; toegrijnzen
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grimacer grijnzen; grijnzend lachen; grimassen; sneren; vals grijnzen vals lachen
rire sardonique grijnzen; sneren; vals grijnzen
sourire glimlachen; grijnzen grinniken; proesten

Verwante woorden van "grijnzen":


Wiktionary: grijnzen


Cross Translation:
FromToVia
grijnzen ricaner grinsen — mit breitem Mund lächeln
grijnzen ricaner smirk — To smile in a way that is affected, smug, insolent or contemptuous