Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. greep:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor greepjes (Nederlands) in het Frans

greep:

greep [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de greep (handgreep; handvat; handel; hendel)
    la poignée
  2. de greep (vastpakken; beetnemen; beetpakken)
    la prise; la saisie
    • prise [la ~] zelfstandig naamwoord
    • saisie [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. de greep (kolf)
    le bout; la cornue; la crosse
    • bout [le ~] zelfstandig naamwoord
    • cornue [la ~] zelfstandig naamwoord
    • crosse [la ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor greep:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bout greep; kolf aandeel; aanwijzing; deel; deeltje; einde; finale; onderdeeltje; part; stomp; stronk; teenstuk; tip; uiteinde; vingerwenk; vingerwijzing; wenk
cornue greep; kolf distilleerkolf
crosse greep; kolf
poignée greep; handel; handgreep; handvat; hendel deurklink; gevest; handje; handvol; heft; hendel; klink; kruk; oor; oor van een kopje; pannenlap; vuistvol
prise beetnemen; beetpakken; greep; vastpakken aangrijpen; aanklampen; aanpakken; aanvatten; beetpakken; bekruipen; bemachtiging; besluipen; houvast; inneming; looprek; onderschepping; ondersteuning; oor; oor van een kopje; opname; opvang; overweldiging; steekcontact; stekker; stekkertje; steun; vangst; verovering
saisie beetnemen; beetpakken; greep; vastpakken beslag; beslaglegging; confiscatie; inbeslagneming; verbeurdverklaring

Verwante woorden van "greep":

  • grepen, greepje, greepjes

Wiktionary: greep

greep
noun
  1. instrument qui consiste en un long manche de bois terminer par deux ou trois branches ou pointes de boire, de fer, qui vont en s’écarter.

Cross Translation:
FromToVia
greep fermoir clasp — fastener or holder