Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
libéral
|
|
liberaal; liberalist
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
donnant
|
genereus; goedgeefs; gul; mild; royaal; ruimhartig; scheutig; vrijgevig
|
|
généreuse
|
genereus; goedgeefs; gul; royaal; scheutig; vrijgevig
|
edelmoedig; genereus; gul; mild; niet egoïstisch; onzelfzuchtig; royaal; ruimhartig; vrijgevig
|
généreusement
|
genereus; goedgeefs; gul; mild; royaal; ruimhartig; scheutig; vrijgevig
|
edel; edelmoedig; genereus; grootmoedig; groots; gul; mild; nobel; royaal; ruimhartig; tolerant; vrijgevig
|
généreux
|
genereus; goedgeefs; gul; mild; royaal; ruimhartig; scheutig; vrijgevig
|
belangeloos; edel; edelmoedig; genereus; grootmoedig; groots; gul; mild; niet egoïstisch; nobel; onbaatzuchtig; onzelfzuchtig; royaal; ruimhartig; tolerant; vrijgevig
|
large
|
genereus; goedgeefs; gul; mild; royaal; ruimhartig; scheutig; vrijgevig
|
ampel; brede; breedvoerig; edel; edelmoedig; genereus; groot; grootmoedig; groots; gul; in details; mild; nobel; omstandig; overvloedig; rijkelijk; royaal; ruim; ruimhartig; ruimschoots; scheutig; tolerant; uitgebreid; uitgewerkt; uitvoerig; vrijgevig; weids; wijd
|
libéral
|
genereus; goedgeefs; gul; mild; royaal; ruimhartig; scheutig; vrijgevig
|
brutaal; edelmoedig; eigentijds; genereus; gul; hedendaags; liberaal; mild; modern; niet beschroomd; onbeschroomd; royaal; ruimhartig; stoutmoedig; tolerant; vrijgevig; vrijmoedig; vrijpostig; vrijzinnig
|
libéralement
|
genereus; goedgeefs; gul; mild; royaal; ruimhartig; scheutig; vrijgevig
|
|
magnanime
|
genereus; goedgeefs; gul; royaal; scheutig; vrijgevig
|
edel; edelmoedig; genereus; grootmoedig; groots; gul; mild; nobel; royaal; ruimhartig; vrijgevig
|
noble
|
genereus; goedgeefs; gul; royaal; scheutig; vrijgevig
|
aanzienlijk; adelijk; adellijk; beroemd; deftig; doorluchtig; edel; edelmoedig; eerbiedwaardig; gedistingeerd; genereus; gewichtig; grootmoedig; groots; gul; hartverheffend; hooggeplaatst; hoogstaand; illuster; mild; nobel; royaal; ruimhartig; statig; van adel; verheven; voornaam; vrijgevig; waardig
|
noblement
|
genereus; goedgeefs; gul; royaal; scheutig; vrijgevig
|
edel; edelmoedig; genereus; grootmoedig; groots; gul; mild; nobel; royaal; ruimhartig; vrijgevig
|