Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gier (Nederlands) in het Frans
gier:
-
de gier (vloeibare mest)
Vertaal Matrix voor gier:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
lisier | gier; vloeibare mest | |
purin | gier; vloeibare mest |
Verwante woorden van "gier":
Wiktionary: gier
gier
Cross Translation:
noun
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• gier | → vautour | ↔ Geier — Ornithologie: ein Raubvogel aus der Unterfamilie der Altweltgeier (Aegypiinae) und/oder der Familie Neuweltgeier (Cathartidae) |
• gier | → vautour | ↔ vulture — bird |
gier vorm van gieren:
-
gieren (het land gieren)
épandre du lisier-
épandre du lisier werkwoord
-
-
gieren (hard lachen)
engraisser; fertiliser-
engraisser werkwoord (engraisse, engraisses, engraissons, engraissez, engraissent, engraissais, engraissait, engraissions, engraissiez, engraissaient, engraissai, engraissas, engraissa, engraissâmes, engraissâtes, engraissèrent, engraisserai, engraisseras, engraissera, engraisserons, engraisserez, engraisseront)
-
fertiliser werkwoord
-
Conjugations for gieren:
o.t.t.
- gier
- giert
- giert
- gieren
- gieren
- gieren
o.v.t.
- gierde
- gierde
- gierde
- gierden
- gierden
- gierden
v.t.t.
- heb gegierd
- hebt gegierd
- heeft gegierd
- hebben gegierd
- hebben gegierd
- hebben gegierd
v.v.t.
- had gegierd
- had gegierd
- had gegierd
- hadden gegierd
- hadden gegierd
- hadden gegierd
o.t.t.t.
- zal gieren
- zult gieren
- zal gieren
- zullen gieren
- zullen gieren
- zullen gieren
o.v.t.t.
- zou gieren
- zou gieren
- zou gieren
- zouden gieren
- zouden gieren
- zouden gieren
diversen
- gier!
- giert!
- gegierd
- gierend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor gieren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
engraisser | gieren; hard lachen | bemesten; mesten; vetmesten |
fertiliser | gieren; hard lachen | bemesten |
épandre du lisier | gieren; het land gieren |