Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
commode
|
|
commode; kabinetje; kast; kastje; ladekast; latafel
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
facilement
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
eenvoudig; gedwee; gemakkelijk; in een handomdraai; licht; lichtwegend; makkelijk; meegaand; moeiteloos; niet moeilijk; onderworpen; op rolletjes; rap; simpel; snel; vanzelf; vlot; vlug; volgzaam; zonder moeite
|
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
agréable
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
aangenaam; aardig; attent; behaaglijk; behulpzaam; eenvoudig; fijn; gemakkelijk; genoeglijk; geschikt; gezellig; goedaardig; goedhartig; heugelijk; heuglijk; huiselijk; hulpvaardig; knus; knusjes; lekker; leuk; licht; makkelijk; niet moeilijk; plezant; plezierig; prettig; simpel; tof; verblijdend; voorkomend; vriendelijk; welkom; zachtaardig
|
agréablement
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
aangenaam; aardig; attent; behaaglijk; behulpzaam; fijn; genoeglijk; geschikt; gezellig; goedaardig; goedhartig; huiselijk; hulpvaardig; knus; knusjes; lekker; leuk; plezant; plezierig; prettig; tof; voorkomend; vriendelijk; zachtaardig
|
commode
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
bruikbare; eenvoudig; gemakkelijk; gerieflijk; in een handomdraai; licht; makkelijk; moeiteloos; niet moeilijk; nuttig; practisch; simpel; vanzelf; zonder moeite
|
commodément
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
eenvoudig; gemakkelijk; in een handomdraai; licht; makkelijk; moeiteloos; niet moeilijk; nuttig; practisch; simpel; vanzelf; zonder moeite
|
confortable
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
aangenaam; behaaglijk; eenvoudig; fijn; gemakkelijk; genoeglijk; gerieflijk; gezellig; huiselijk; knus; knusjes; lekker; licht; makkelijk; niet moeilijk; plezierig; prettig; senang; simpel
|
confortablement
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
aangenaam; behaaglijk; eenvoudig; fijn; gemakkelijk; genoeglijk; gezellig; huiselijk; knus; knusjes; lekker; licht; makkelijk; niet moeilijk; plezierig; prettig; simpel
|
facile
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
eenvoudig; gedwee; gemakkelijk; grif; grifweg; in een handomdraai; licht; lichtwegend; makkelijk; meegaand; met gemak; moeiteloos; niet moeilijk; onderworpen; ongecompliceerd; simpel; vanzelf; vlot; volgzaam; zonder moeite
|
plaisamment
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
aangenaam; bijzonder aangenaam; geestig; geinig; geschikt; grappig; heugelijk; heuglijk; humoristische; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; leuk; lollig; plezierig; tof; verblijdend
|
plaisant
|
aangenaam; comfortabel; gemakkelijk; geriefelijk
|
aangenaam; aardig; amusant; attractief; bevallig; bijzonder aangenaam; charmant; fijn; fraai; geestig; geinig; genietbaar; geschikt; goed ogend; grappig; guitig; heugelijk; heuglijk; humoristische; jofel; knap; koddig; komiek; komisch; lachwekkend; lekker; leuk; lief; lollig; mooi; olijk; onderhoudend; plezierig; prettig; sympathiek; te genieten; tof; uiig; verblijdend; vermakelijk; welgevallig
|