Nederlands
Uitgebreide vertaling voor gecultiveerd (Nederlands) in het Frans
gecultiveerd:
-
gecultiveerd
-
gecultiveerd (geciviliseerd; ontwikkeld; beschaafd)
bien élevé; cultivé; soigné; courtois; civilisé; poli; poliment; galant; policé; courtoisement; civilement-
bien élevé bijvoeglijk naamwoord
-
cultivé bijvoeglijk naamwoord
-
soigné bijvoeglijk naamwoord
-
courtois bijvoeglijk naamwoord
-
civilisé bijvoeglijk naamwoord
-
poli bijvoeglijk naamwoord
-
poliment bijvoeglijk naamwoord
-
galant bijvoeglijk naamwoord
-
policé bijvoeglijk naamwoord
-
courtoisement bijvoeglijk naamwoord
-
civilement bijvoeglijk naamwoord
-
-
gecultiveerd (met zorg aangekweekt)
cultivé avec soin-
cultivé avec soin bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor gecultiveerd:
cultiveren:
-
cultiveren (beschaven; ontwikkelen; civiliseren)
cultiver; civiliser-
cultiver werkwoord (cultive, cultives, cultivons, cultivez, cultivent, cultivais, cultivait, cultivions, cultiviez, cultivaient, cultivai, cultivas, cultiva, cultivâmes, cultivâtes, cultivèrent, cultiverai, cultiveras, cultivera, cultiverons, cultiverez, cultiveront)
-
civiliser werkwoord (civilise, civilises, civilisons, civilisez, civilisent, civilisais, civilisait, civilisions, civilisiez, civilisaient, civilisai, civilisas, civilisa, civilisâmes, civilisâtes, civilisèrent, civiliserai, civiliseras, civilisera, civiliserons, civiliserez, civiliseront)
-
Conjugations for cultiveren:
o.t.t.
- cultiveer
- cultiveert
- cultiveert
- cultiveren
- cultiveren
- cultiveren
o.v.t.
- cultiveerde
- cultiveerde
- cultiveerde
- cultiveerden
- cultiveerden
- cultiveerden
v.t.t.
- heb gecultiveerd
- hebt gecultiveerd
- heeft gecultiveerd
- hebben gecultiveerd
- hebben gecultiveerd
- hebben gecultiveerd
v.v.t.
- had gecultiveerd
- had gecultiveerd
- had gecultiveerd
- hadden gecultiveerd
- hadden gecultiveerd
- hadden gecultiveerd
o.t.t.t.
- zal cultiveren
- zult cultiveren
- zal cultiveren
- zullen cultiveren
- zullen cultiveren
- zullen cultiveren
o.v.t.t.
- zou cultiveren
- zou cultiveren
- zou cultiveren
- zouden cultiveren
- zouden cultiveren
- zouden cultiveren
en verder
- ben gecultiveerd
- bent gecultiveerd
- is gecultiveerd
- zijn gecultiveerd
- zijn gecultiveerd
- zijn gecultiveerd
diversen
- cultiveer!
- cultiveert!
- gecultiveerd
- cultiverend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
-
cultiveren (beschaven; ontwikkelen; vormen)
-
cultiveren (bevorderen; stimuleren)
Vertaal Matrix voor cultiveren:
Wiktionary: cultiveren
cultiveren
Cross Translation:
verb
-
in cultuur brengen
- cultiveren → cultiver
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• cultiveren | → cultiver | ↔ cultivate — nurture |