Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. fatje:
  2. fat:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor fatje (Nederlands) in het Frans

fatje:

fatje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het fatje (heertje)
    le fat; le dandy; le type
    • fat [le ~] zelfstandig naamwoord
    • dandy [le ~] zelfstandig naamwoord
    • type [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fatje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dandy fatje; heertje dandy; fat; kwast; pedant; saletjonker; salonheld
fat fatje; heertje dandy; fat; kwast; pedant
type fatje; heertje aard; figuur; gast; genre; gevaarte; goser; gozer; heerschap; individu; jochie; joekel; jongetje; kanjer; kerel; klasse; kleine jongen; knaap; knakker; knoert; knul; kokker; kokkerd; loei; man; model; monster; onderverdeling; proefje; proeve; slag; snuiter; soort; specimen; staal; staaltje; sujet; type; vent
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fat kwasterig; nuffig; verwaand

Verwante woorden van "fatje":


fatje vorm van fat:

fat [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de fat (dandy; pedant; kwast)
    le dandy; le fat
    • dandy [le ~] zelfstandig naamwoord
    • fat [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor fat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dandy dandy; fat; kwast; pedant fatje; heertje; saletjonker; salonheld
fat dandy; fat; kwast; pedant fatje; heertje
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fat kwasterig; nuffig; verwaand

Verwante woorden van "fat":


Wiktionary: fat

fat
noun
  1. homme chez qui l’impression de beauté est gâter par un air de prétention niaise et de contentement de soi-même.