Nederlands
Uitgebreide vertaling voor dichtgegroeid (Nederlands) in het Frans
dichtgegroeid:
-
dichtgegroeid (overgroeid)
boisé; couvert de végétation-
boisé bijvoeglijk naamwoord
-
couvert de végétation bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor dichtgegroeid:
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
boisé | dichtgegroeid; overgroeid | bebost; begroeid; boomrijk; bosachtig; bosrijk; houtrijk |
couvert de végétation | dichtgegroeid; overgroeid | begroeid |
Verwante woorden van "dichtgegroeid":
dichtgegroeid vorm van dichtgroeien:
-
dichtgroeien
être envahi par la végétation; être envahi-
être envahi par la végétation werkwoord
-
être envahi werkwoord
-
Conjugations for dichtgroeien:
o.t.t.
- groei dicht
- groeit dicht
- groeit dicht
- groeien dicht
- groeien dicht
- groeien dicht
o.v.t.
- groeide dicht
- groeide dicht
- groeide dicht
- groeiden dicht
- groeiden dicht
- groeiden dicht
v.t.t.
- ben dichtgegroeid
- bent dichtgegroeid
- is dichtgegroeid
- zijn dichtgegroeid
- zijn dichtgegroeid
- zijn dichtgegroeid
v.v.t.
- was dichtgegroeid
- was dichtgegroeid
- was dichtgegroeid
- waren dichtgegroeid
- waren dichtgegroeid
- waren dichtgegroeid
o.t.t.t.
- zal dichtgroeien
- zult dichtgroeien
- zal dichtgroeien
- zullen dichtgroeien
- zullen dichtgroeien
- zullen dichtgroeien
o.v.t.t.
- zou dichtgroeien
- zou dichtgroeien
- zou dichtgroeien
- zouden dichtgroeien
- zouden dichtgroeien
- zouden dichtgroeien
diversen
- groei dicht!
- groeit dicht!
- dichtgegroeid
- dichtgroeiend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor dichtgroeien:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
être envahi | dichtgroeien | |
être envahi par la végétation | dichtgroeien |