Overzicht
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor creneleren (Nederlands) in het Frans
creneleren:
-
creneleren (insnijden)
encocher; tailler; graver; entailler; inciser-
encocher werkwoord (encoche, encoches, encochons, encochez, encochent, encochais, encochait, encochions, encochiez, encochaient, encochai, encochas, encocha, encochâmes, encochâtes, encochèrent, encocherai, encocheras, encochera, encocherons, encocherez, encocheront)
-
tailler werkwoord (taille, tailles, taillons, taillez, taillent, taillais, taillait, taillions, tailliez, taillaient, taillai, taillas, tailla, taillâmes, taillâtes, taillèrent, taillerai, tailleras, taillera, taillerons, taillerez, tailleront)
-
graver werkwoord (grave, graves, gravons, gravez, gravent, gravais, gravait, gravions, graviez, gravaient, gravai, gravas, grava, gravâmes, gravâtes, gravèrent, graverai, graveras, gravera, graverons, graverez, graveront)
-
entailler werkwoord (entaille, entailles, entaillons, entaillez, entaillent, entaillais, entaillait, entaillions, entailliez, entaillaient, entaillai, entaillas, entailla, entaillâmes, entaillâtes, entaillèrent, entaillerai, entailleras, entaillera, entaillerons, entaillerez, entailleront)
-
inciser werkwoord (incise, incises, incisons, incisez, incisent, incisais, incisait, incisions, incisiez, incisaient, incisai, incisas, incisa, incisâmes, incisâtes, incisèrent, inciserai, inciseras, incisera, inciserons, inciserez, inciseront)
-
Conjugations for creneleren:
o.t.t.
- creneleer
- creneleert
- creneleert
- creneleren
- creneleren
- creneleren
o.v.t.
- creneleerde
- creneleerde
- creneleerde
- creneleerden
- creneleerden
- creneleerden
v.t.t.
- heb gecreneleerd
- hebt gecreneleerd
- heeft gecreneleerd
- hebben gecreneleerd
- hebben gecreneleerd
- hebben gecreneleerd
v.v.t.
- had gecreneleerd
- had gecreneleerd
- had gecreneleerd
- hadden gecreneleerd
- hadden gecreneleerd
- hadden gecreneleerd
o.t.t.t.
- zal creneleren
- zult creneleren
- zal creneleren
- zullen creneleren
- zullen creneleren
- zullen creneleren
o.v.t.t.
- zou creneleren
- zou creneleren
- zou creneleren
- zouden creneleren
- zouden creneleren
- zouden creneleren
diversen
- creneleer!
- creneleert!
- gecreneleerd
- crenelerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor creneleren:
Computer vertaling door derden: