Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. certificaten:
  2. certificaat:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor certificaten (Nederlands) in het Frans

certificaten:

certificaten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de certificaten (stukken; aktes; documenten)
    le certificats; l'actes

Vertaal Matrix voor certificaten:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
actes aktes; certificaten; documenten; stukken handelingen
certificats aktes; certificaten; documenten; stukken attesten; getuigschriften

Verwante woorden van "certificaten":


certificaat:

certificaat [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het certificaat (oorkonde; diploma; charter)
    le certificat; le diplôme; la charte
  2. het certificaat (digitaal certificaat; beveiligingscertificaat)
  3. het certificaat
    le certificat

Vertaal Matrix voor certificaat:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
certificat beveiligingscertificaat; certificaat; charter; digitaal certificaat; diploma; oorkonde attest; beweringsgrond; bewijs; brevet; briefje; bul; getuigschrift; licentie; referentie; universiteitsdiploma
charte certificaat; charter; diploma; oorkonde handvest; statuut
diplôme certificaat; charter; diploma; oorkonde brevet; bul; diploma; licentie; universiteitsdiploma
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
certificat de sécurité beveiligingscertificaat; certificaat; digitaal certificaat
certificat numérique beveiligingscertificaat; certificaat; digitaal certificaat

Verwante woorden van "certificaat":


Wiktionary: certificaat

certificaat
noun
  1. een schriftelijk bewijs
certificaat
Cross Translation:
FromToVia
certificaat document certificate — a document containing a certified statement
certificaat certificat; attestation AttestMedizin: eine ärztliche Bescheinigung oder ein Gesundheitszeugnis