Nederlands
Uitgebreide vertaling voor buitenshuis (Nederlands) in het Frans
buitenshuis:
-
buitenshuis (buiten)
dehors; hors de la maison; en dehors de; au grand air; en plein air; à la campagne; à l'extérieur de-
dehors bijvoeglijk naamwoord
-
hors de la maison bijvoeglijk naamwoord
-
en dehors de bijvoeglijk naamwoord
-
au grand air bijvoeglijk naamwoord
-
en plein air bijvoeglijk naamwoord
-
à la campagne bijvoeglijk naamwoord
-
à l'extérieur de bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor buitenshuis:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
dehors | aangezicht; buitenkant; buitenzijde; gedaante; iemand zijn uiterlijk; uiterlijk; verschijning; vertoon; voorkomen; vorm | |
Bijwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
au grand air | buiten; buitenshuis | |
dehors | buiten; buitenshuis | er uit; in de natuur; op het land; te velde |
en dehors de | buiten; buitenshuis | behalve; buiten; hierbuiten; met uitsluiting van; uitgezonderd |
en plein air | buiten; buitenshuis | onbedekt; onoverdekt |
hors de la maison | buiten; buitenshuis | |
à l'extérieur de | buiten; buitenshuis | |
à la campagne | buiten; buitenshuis | buiten; de natuur in; in de natuur; op het land; te velde |