Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor buigingen (Nederlands) in het Frans

buigingen:

buigingen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de buigingen
    l'inclinations; la flexions

Vertaal Matrix voor buigingen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
flexions buigingen
inclinations buigingen

Verwante woorden van "buigingen":


buiging:

buiging [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de buiging (draaiing)
    la rotation; l'inclinaison; l'inclination; la giration
  2. de buiging (eerbetoon)
    l'honneur; la voûte; la rondeur; l'arche; la flexion
    • honneur [le ~] zelfstandig naamwoord
    • voûte [la ~] zelfstandig naamwoord
    • rondeur [la ~] zelfstandig naamwoord
    • arche [la ~] zelfstandig naamwoord
    • flexion [la ~] zelfstandig naamwoord
  3. de buiging (nijging)
    la flexion
    • flexion [la ~] zelfstandig naamwoord
  4. de buiging (kromming)
    la boucle; la courbe; l'inclinaison; la sinuosité; le coude; le virage; le tournant; l'inclination; la flexion

Vertaal Matrix voor buiging:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
arche buiging; eerbetoon ark; boog; uitbouw; welving; woonschip
boucle buiging; kromming draai; gesp; haarkrul; haarlok; kink; knoop; koppelgesp; kronkel; krul; krullende haarlok; krulletje; krulvorm; lok; looping; lus; lusvormige kromming
coude buiging; kromming elleboog
courbe buiging; kromming bocht; boog; draai; kromme; kromming; kromte; kronkel; ronding; uitbouw; welving
flexion buiging; eerbetoon; kromming; nijging declineren; verbuigen
giration buiging; draaiing draaiing; omwenteling; rotatie; wenteling
honneur buiging; eerbetoon achten; degelijkheid; deugdelijkheid; deugdzaamheid; eer; eerbaarheid; eergevoel; ere; eren; fatsoen; fatsoenlijkheid; fierheid; fonkelen; fonkeling; gepastheid; glitter; keurigheid; kiesheid; lintje; netheid; schittering; sprankelen; trots
inclinaison buiging; draaiing; kromming asymmetrisch; genegenheid; inclinatie; scheef
inclination buiging; draaiing; kromming gemoedstoestand; genegenheid; geneigdheid; gezindheid; glooiing; glooiingshoek; hang; inclinatie; keuze; neiging; smaak; stemming; tendentie; toegenegenheid; voorkeur; voorliefde
rondeur buiging; eerbetoon bocht; bolheid; bolling; draai; kromming; kromte; ronding; wielvlucht
rotation buiging; draaiing carrière; draai; draaien; draaiing; loopbaan; omdraaiing; omwenteling; rotatie; wending; wenteling; zwenken; zwenkingen
sinuosité buiging; kromming
tournant buiging; kromming bocht; draai; draaiing; keerpunt der tijden; kromming; kromte; ommekeer; omwenteling; revolutie; rotatie; slechte drank; totale verandering; wenteling
virage buiging; kromming bocht; slechte drank; zwenking
voûte buiging; eerbetoon boog; gewelf; gewelfboog; koepel; plafond; ribgewelf; uitbouw; welving
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
courbe kromlijnig
tournant draaibaar; draaiende

Verwante woorden van "buiging":


Wiktionary: buiging


Cross Translation:
FromToVia
buiging révérence bow — gesture made by bending forward at the waist
buiging kowtow kowtow — kowtowing
buiging modulation Modulation — Veränderung, gestaltende Abwandlung oder abwandelnde Gestaltungmodulieren, duden.de