Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. brandhout:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor brandhout (Nederlands) in het Frans

brandhout:

brandhout [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het brandhout
    la bûche; le bois de chauffage; le bois à brûler; le rondin; le tison
  2. het brandhout
    le bois de chauffage

Vertaal Matrix voor brandhout:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bois de chauffage brandhout
bois à brûler brandhout
bûche brandhout blok hout; houtblok
rondin brandhout rondhout
tison brandhout

Verwante woorden van "brandhout":


Computer vertaling door derden: