Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. bouillon:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bouillon (Nederlands) in het Frans

bouillon:

bouillon [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de bouillon (vleesaftreksel)
    le bouillon; l'extrait de viande; le consommé
  2. de bouillon (groentesoep; soep)
    le potage aux légumes; la soupe; le bouillon; le consommé; la julienne

Vertaal Matrix voor bouillon:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bouillon bouillon; groentesoep; soep; vleesaftreksel
consommé bouillon; groentesoep; soep; vleesaftreksel vleessoep
extrait de viande bouillon; vleesaftreksel vleesextract
julienne bouillon; groentesoep; soep soepgroente
potage aux légumes bouillon; groentesoep; soep groentesoep
soupe bouillon; groentesoep; soep
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
consommé doorgekneed; verbruikt; verteerd; voleindigd

Verwante woorden van "bouillon":

  • bouillons

Wiktionary: bouillon

bouillon
noun
  1. een aftreksel van magere vleesresten, beenderen of vis
bouillon
noun
  1. Traductions à trier suivant le sens

Cross Translation:
FromToVia
bouillon bouillon bouillon — a clear seasoned broth
bouillon bouillon broth — water in which food (meat or vegetable etc) has been boiled