Overzicht
Nederlands naar Frans: Meer gegevens...
- bladeren:
-
Wiktionary:
- bladeren → feuilleter
- bladeren → feuilleter
Nederlands
Uitgebreide vertaling voor bladeren (Nederlands) in het Frans
bladeren:
-
bladeren (doorbladeren)
parcourir; feuilleter-
parcourir werkwoord (parcours, parcourt, parcourons, parcourez, parcourent, parcourais, parcourait, parcourions, parcouriez, parcouraient, parcourus, parcourut, parcourûmes, parcourûtes, parcoururent, parcourrai, parcourras, parcourra, parcourrons, parcourrez, parcourront)
-
feuilleter werkwoord (feuillette, feuillettes, feuilletons, feuilletez, feuillettent, feuilletais, feuilletait, feuilletions, feuilletiez, feuilletaient, feuilletai, feuilletas, feuilleta, feuilletâmes, feuilletâtes, feuilletèrent, feuilletterai, feuilletteras, feuillettera, feuilletterons, feuilletterez, feuilletteront)
-
-
bladeren
feuilleter; tourner les pages-
feuilleter werkwoord (feuillette, feuillettes, feuilletons, feuilletez, feuillettent, feuilletais, feuilletait, feuilletions, feuilletiez, feuilletaient, feuilletai, feuilletas, feuilleta, feuilletâmes, feuilletâtes, feuilletèrent, feuilletterai, feuilletteras, feuillettera, feuilletterons, feuilletterez, feuilletteront)
-
tourner les pages werkwoord
-
-
bladeren (zoeken; browsen)
parcourir; rechercher-
parcourir werkwoord (parcours, parcourt, parcourons, parcourez, parcourent, parcourais, parcourait, parcourions, parcouriez, parcouraient, parcourus, parcourut, parcourûmes, parcourûtes, parcoururent, parcourrai, parcourras, parcourra, parcourrons, parcourrez, parcourront)
-
rechercher werkwoord (recherche, recherches, recherchons, recherchez, recherchent, recherchais, recherchait, recherchions, recherchiez, recherchaient, recherchai, recherchas, rechercha, recherchâmes, recherchâtes, recherchèrent, rechercherai, rechercheras, recherchera, rechercherons, rechercherez, rechercheront)
-
Conjugations for bladeren:
o.t.t.
- blader
- bladert
- bladert
- bladeren
- bladeren
- bladeren
o.v.t.
- bladerde
- bladerde
- bladerde
- bladerden
- bladerden
- bladerden
v.t.t.
- heb gebladerd
- hebt gebladerd
- heeft gebladerd
- hebben gebladerd
- hebben gebladerd
- hebben gebladerd
v.v.t.
- had gebladerd
- had gebladerd
- had gebladerd
- hadden gebladerd
- hadden gebladerd
- hadden gebladerd
o.t.t.t.
- zal bladeren
- zult bladeren
- zal bladeren
- zullen bladeren
- zullen bladeren
- zullen bladeren
o.v.t.t.
- zou bladeren
- zou bladeren
- zou bladeren
- zouden bladeren
- zouden bladeren
- zouden bladeren
diversen
- blader!
- bladert!
- gebladerd
- bladerend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor bladeren:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
feuilleter | bladeren; doorbladeren | doorbladeren; korsten; ombladeren; omkeren; omslaan |
parcourir | bladeren; browsen; doorbladeren; zoeken | afleggen; bereizen; controleren; doorbladeren; doorheen reizen; doorreizen; doorvliegen; examineren; inkijken; inspecteren; inzien; keuren; meters maken; reizen; reizen door; rondreizen; schouwen; trekken; zwerven |
rechercher | bladeren; browsen; zoeken | afzoeken; azen; controleren; nagaan; nakijken; naspeuren; nasporen; navorsen; onderzoeken; op zoek zijn naar; prooizoeken; vinden; zien te vinden; zoeken |
tourner les pages | bladeren | |
Not Specified | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
rechercher | zoeken |
Wiktionary: bladeren
bladeren
Cross Translation:
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• bladeren | → feuilleter | ↔ leaf through — to turn the pages of (a book) rapidly reading short sections at random |
• bladeren | → feuilleter | ↔ page — turn several pages of a publication |