Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. beperktheid:
  2. beperkt:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor beperktheid (Nederlands) in het Frans

beperktheid:

beperktheid [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord

  1. de beperktheid (eenzijdigheid)
    la petitesse; la partialité; le parti pris; la petitesse d'esprit; l'étroitesse d'esprit

Vertaal Matrix voor beperktheid:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
parti pris beperktheid; eenzijdigheid vooringenomenheid; vooroordeel
partialité beperktheid; eenzijdigheid partijdigheid; vooringenomenheid; vooroordeel
petitesse beperktheid; eenzijdigheid bekrompenheid; benepenheid; burgerlijkheid; geborneerdheid; kleingeestigheid; kleinheid; kleinzieligheid
petitesse d'esprit beperktheid; eenzijdigheid bekrompenheid; benepenheid; geborneerdheid; kleingeestigheid; kleinzieligheid
étroitesse d'esprit beperktheid; eenzijdigheid bekrompenheid; benepenheid; geborneerdheid; kleingeestigheid; kleinzieligheid

Verwante woorden van "beperktheid":


beperkt:

beperkt bijvoeglijk naamwoord

  1. beperkt (begrensd)
    limité; restreint; réduit; borné; délimité
  2. beperkt (gelimiteerd; geborneerd)
    limité; réduit; restreint; délimité

Vertaal Matrix voor beperkt:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
réduit hokje
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
borné begrensd; beperkt aan een kant beschrijfbaar; afgegrensd; bekrompen; benepen; bourgeois; burgerlijk; burgermannetjesachtig; dood; eenvoudig; eenzijdig; geesteloos; gemakkelijk; kleinburgerlijk; kleingeestig; kleinzielig; kneuterig; levenloos; licht; makkelijk; niet bezield; niet moeilijk; onbezield; simpel
délimité begrensd; beperkt; geborneerd; gelimiteerd aan een kant beschrijfbaar; eenzijdig; omlijnd
limité begrensd; beperkt; geborneerd; gelimiteerd aan een kant beschrijfbaar; afgegrensd; eenzijdig; eng; ingeperkt; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte
restreint begrensd; beperkt; geborneerd; gelimiteerd aan een kant beschrijfbaar; dichtbij; eenzijdig; eng; in de buurt; krap; met weinig ruimte; nabij; nabijgelegen; nauw; smal; smalletjes; van geringe breedte; vlakbij
réduit begrensd; beperkt; geborneerd; gelimiteerd aan een kant beschrijfbaar; beknopt; bekort; eenzijdig; geringer gemaakt; herleid; ingekort; ingekrompen; ingeslonken; vereenvoudigd; verkort; verminderd; versoberd

Verwante woorden van "beperkt":


Wiktionary: beperkt


Cross Translation:
FromToVia
beperkt handicapé handicapped — having a handicap