Nederlands
Uitgebreide vertaling voor beamen (Nederlands) in het Frans
beamen:
-
beamen (bevestigen; onderschrijven; staven)
confirmer; approuver; souscire à; adhérer à; consentir-
confirmer werkwoord (confirme, confirmes, confirmons, confirmez, confirment, confirmais, confirmait, confirmions, confirmiez, confirmaient, confirmai, confirmas, confirma, confirmâmes, confirmâtes, confirmèrent, confirmerai, confirmeras, confirmera, confirmerons, confirmerez, confirmeront)
-
approuver werkwoord (approuve, approuves, approuvons, approuvez, approuvent, approuvais, approuvait, approuvions, approuviez, approuvaient, approuvai, approuvas, approuva, approuvâmes, approuvâtes, approuvèrent, approuverai, approuveras, approuvera, approuverons, approuverez, approuveront)
-
souscire à werkwoord
-
adhérer à werkwoord
-
consentir werkwoord (consens, consent, consentons, consentez, consentent, consentais, consentait, consentions, consentiez, consentaient, consentis, consentit, consentîmes, consentîtes, consentirent, consentirai, consentiras, consentira, consentirons, consentirez, consentiront)
-
Conjugations for beamen:
o.t.t.
- beaam
- beaamt
- beaamt
- beamen
- beamen
- beamen
o.v.t.
- beaamde
- beaamde
- beaamde
- beaamden
- beaamden
- beaamden
v.t.t.
- heb beaamd
- hebt beaamd
- heeft beaamd
- hebben beaamd
- hebben beaamd
- hebben beaamd
v.v.t.
- had beaamd
- had beaamd
- had beaamd
- hadden beaamd
- hadden beaamd
- hadden beaamd
o.t.t.t.
- zal beamen
- zult beamen
- zal beamen
- zullen beamen
- zullen beamen
- zullen beamen
o.v.t.t.
- zou beamen
- zou beamen
- zou beamen
- zouden beamen
- zouden beamen
- zouden beamen
diversen
- beaam!
- beaamt!
- beaamd
- beamende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze