Nederlands
Uitgebreide vertaling voor beademen (Nederlands) in het Frans
beademen:
-
beademen
insuffler-
insuffler werkwoord (insuffle, insuffles, insufflons, insufflez, insufflent, insufflais, insufflait, insufflions, insuffliez, insufflaient, insufflai, insufflas, insuffla, insufflâmes, insufflâtes, insufflèrent, insufflerai, insuffleras, insufflera, insufflerons, insufflerez, insuffleront)
-
Conjugations for beademen:
o.t.t.
- beadem
- beademt
- beademt
- beademen
- beademen
- beademen
o.v.t.
- beademde
- beademde
- beademde
- beademden
- beademden
- beademden
v.t.t.
- heb beademd
- hebt beademd
- heeft beademd
- hebben beademd
- hebben beademd
- hebben beademd
v.v.t.
- had beademd
- had beademd
- had beademd
- hadden beademd
- hadden beademd
- hadden beademd
o.t.t.t.
- zal beademen
- zult beademen
- zal beademen
- zullen beademen
- zullen beademen
- zullen beademen
o.v.t.t.
- zou beademen
- zou beademen
- zou beademen
- zouden beademen
- zouden beademen
- zouden beademen
diversen
- beadem!
- beademt!
- beademd
- beademende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze
Vertaal Matrix voor beademen:
Werkwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
insuffler | beademen | binnenblazen; erin blazen; inblazen |