Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. aandienen:
  2. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor aandienen (Nederlands) in het Frans

aandienen:

aandienen werkwoord (dien aan, dient aan, diende aan, dienden aan, aangediend)

  1. aandienen
    annoncer
    • annoncer werkwoord (annonce, annonces, annonçons, annoncez, )

Conjugations for aandienen:

o.t.t.
  1. dien aan
  2. dient aan
  3. dient aan
  4. dienen aan
  5. dienen aan
  6. dienen aan
o.v.t.
  1. diende aan
  2. diende aan
  3. diende aan
  4. dienden aan
  5. dienden aan
  6. dienden aan
v.t.t.
  1. heb aangediend
  2. hebt aangediend
  3. heeft aangediend
  4. hebben aangediend
  5. hebben aangediend
  6. hebben aangediend
v.v.t.
  1. had aangediend
  2. had aangediend
  3. had aangediend
  4. hadden aangediend
  5. hadden aangediend
  6. hadden aangediend
o.t.t.t.
  1. zal aandienen
  2. zult aandienen
  3. zal aandienen
  4. zullen aandienen
  5. zullen aandienen
  6. zullen aandienen
o.v.t.t.
  1. zou aandienen
  2. zou aandienen
  3. zou aandienen
  4. zouden aandienen
  5. zouden aandienen
  6. zouden aandienen
diversen
  1. dien aan!
  2. dient aan!
  3. aangediend
  4. aandienende
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor aandienen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
annoncer aandienen aankondigen; adverteren; afkondigen; aflezen; afroepen; annonceren; bekend maken; bekendmaken; berichten; decreteren; iets aankondigen; iets melden; in aantocht zijn; informeren; inlichten; meedelen; melden; mening kenbaar maken; namen afroepen; nieuwsberichten omroepen; omroepen; op de hoogte brengen; openbaar maken; openbaren; oplezen; ordonneren; per advertentie aanbieden; per advertentie aankondigen; publiceren; rapporteren; tippen; uitbazuinen; uitbrengen; van iets in kennis stellen; verkondigen; verordenen; verordineren; verslag uitbrengen; verwittigen; waarschuwen; zich aandienen; zich voordoen


Verwante vertalingen van aandienen